Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake het merkenrecht
Artikel 21 Voorbehouden
Geldend
Geldend vanaf 01-08-1996
- Bronpublicatie:
27-10-1994, Trb. 1995, 255 (uitgifte: 03-11-1995, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-1996
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-02-2007, Trb. 2007, 23 (uitgifte: 01-02-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
1. [Bijzondere soorten merken]
Niettegenstaande artikel 2, eerste lid, letter a, en tweede lid, letter a, kan elke Staat of intergouvernementele organisatie door middel van een voorbehoud verklaren dat de bepalingen van de artikelen 3, eerste en tweede lid, 5, 7, 11 en 13 niet van toepassing zijn op geassocieerde merken, defensieve merken of afgeleide merken. In dat voorbehoud dient te worden aangegeven op welke van de genoemde bepalingen het voorbehoud betrekking heeft.
2. [Wijze waarop voorbehoud wordt gemaakt]
Een voorbehoud ingevolge het eerste lid wordt gemaakt in een verklaring bij de akte van bekrachtiging van c.q. toetreding tot dit Verdrag van de Staat of intergouvernementele organisatie die het voorbehoud maakt.
3. [Intrekking]
Een voorbehoud ingevolge het eerste lid kan te allen tijde worden ingetrokken.
4. [Verbod van andere voorbehouden]
Op dit Verdrag kan geen ander voorbehoud dan het krachtens het eerste lid toegestane voorbehoud worden gemaakt.