FJR 2011, 33
Internationale kinderontvoering. Voorwaarden waaronder berusting kan worden aangenomen
HR 01-10-2010, ECLI:NL:HR:2010:BN6126
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
1 oktober 2010
- Zaaknummer
10/01307
- LJN
BN6126
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BN6126, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 01‑10‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BN6126, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑08‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑03‑2010
- Wetingang
art. 13 lid 1 HKOV
Essentie
Internationale kinderontvoering. Voorwaarden waaronder berusting kan worden aangenomen
Uitspraak
Feiten
Partijen zijn in Nederland een samenlevingsverband aangegaan. In oktober 2005 zijn zij naar Canada geëmigreerd, alwaar in 2007 een dochter is geboren uit hun relatie. De moeder en de vader hebben de Nederlandse nationaliteit. De dochter heeft naast de Nederlandse nationaliteit ook de Canadese nationaliteit.
De moeder is, met toestemming van de vader, op 29 april 2009 met de dochter voor de duur van drie maanden naar Nederland vertrokken. De vader heeft daartoe op 29 april 2009 een ‘agreement’ ondertekend, zodat de dochter met de moeder vanaf 29 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.