BNB 2015/215
Vorming fiscale eenheid met een niet-ondernemer (holding). Economische verwevenheid. Sturende en beleidsbepalende functie
HR 11-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2498, m.nt. B.G. van Zadelhoff
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 september 2015
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Van Vliet, Bavinck, Punt, Van Loon
- Zaaknummer
14/01003
- Conclusie
A-G Van Hilten
- Noot
B.G. van Zadelhoff
- JCDI
JCDI:ADS170344:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:2498, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑09‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:1892, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 21‑10‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑04‑2014
- Wetingang
Art. 7 lid 4 Wet OB 1968; art. 11 BTW-richtlijn 2006
Essentie
Vorming fiscale eenheid met een niet-ondernemer (holding). Economische verwevenheid. Sturende en beleidsbepalende functie
Samenvatting
Belanghebbende, een BV, hield alle aandelen in A BV (A) en C BV (C). Belanghebbende was geen ondernemer voor de omzetbelasting. Enig aandeelhouder van belanghebbende was B. Hij was bestuurder en beleidsbepaler van zowel belanghebbende als van A. A had een belang in D BV (D). Deze vennootschap oefende een belastingadviespraktijk uit. A verrichtte aan D tegen vergoeding diensten en was daarvoor ondernemer in de zin van de omzetbelasting. De diensten van A werden feitelijk door B verricht en hielden de werkzaamheden van belastingadviseur in. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.