Einde inhoudsopgave
Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017
Artikel 128
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2018
- Bronpublicatie:
26-07-2017, Stb. 2017, 317 (uitgifte: 17-08-2017, kamerstukken: 34588)
- Inwerkingtreding
01-05-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-04-2018, Stb. 2018, 119 (uitgifte: 26-04-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Veiligheid en Justitie
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Preventie
Privacy / Verwerking persoonsgegevens
Staatsrecht / Grondrechten
Informatierecht / ICT-recht
Openbare orde en veiligheid / Terrorismebestrijding
1.
De afdeling klachtbehandeling is niet verplicht een onderzoek naar de melding in te stellen of voort te zetten, indien:
- a.
de melding niet voldoet aan het bepaalde in artikel 126, derde lid;
- b.
de melding kennelijk ongegrond is;
- c.
het maatschappelijk belang bij een onderzoek door de afdeling klachtbehandeling, dan wel de ernst van de misstand, kennelijk onvoldoende is;
- d.
een melding, dezelfde misstand betreffende, bij de afdeling klachtbehandeling in behandeling is of, behoudens indien een nieuw feit of een nieuwe omstandigheid bekend is geworden en zulks tot een ander oordeel over de bedoelde misstand zou hebben kunnen leiden, door de afdeling klachtbehandeling is afgedaan;
- e.
bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak reeds over de misstand is geoordeeld, of
- f.
de melder naar het oordeel van de afdeling klachtbehandeling onvoldoende meewerkt aan een zorgvuldig verloop van het onderzoek en het bewaren van de vertrouwelijkheid van uitkomsten van het onderzoek.
2.
De afdeling klachtbehandeling neemt een melding niet in onderzoek indien de melding betrekking heeft op een gedraging ten aanzien waarvan een procedure bij de strafrechter aanhangig is, dan wel beroep openstaat tegen een uitspraak die in een zodanige procedure is gedaan.