Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 2099/2002 betreffende de oprichting van het Comité voor maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen (COSS) en houdende wijziging van de verordeningen op het gebied van maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen
Artikel 7 Bevoegdheden van het COSS en wijzigingen
Geldend
Geldend vanaf 26-07-2019
- Redactionele toelichting
Deze wijziging laat lopende procedures waarin een comité reeds advies heeft uitgebracht overeenkomstig art. 5 bis van Besluit 1999/468/EG, onverlet.
- Bronpublicatie:
20-06-2019, PbEU 2019, L 198 (uitgifte: 25-07-2019, regelingnummer: 2019/1243)
- Inwerkingtreding
26-07-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2019, PbEU 2019, L 198 (uitgifte: 25-07-2019, regelingnummer: 2019/1243)
- Vakgebied(en)
Waterrecht (V)
Vervoersrecht / Zeevervoer
Het COSS oefent de bevoegdheden uit die krachtens de geldende wetgeving van de Unie aan dit comité worden verleend.
De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 7 bis gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van artikel 2, punt 2, teneinde een verwijzing op te nemen naar handelingen van de Unie die na de vaststelling van deze verordening in werking zijn getreden en op grond waarvan bepaalde bevoegdheden worden verleend aan het COSS.