RBP 2018/70
Openbare orde. Is de tenuitvoerlegging van het Zwitserse vonnis in kwestie kennelijk strijdig met de Nederlandse openbare orde, indien de vordering uit hoofde van dat vonnis naar Zwitsers recht is verjaard?
HR 06-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1099
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
6 juli 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
17/04943
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- JCDI
JCDI:ADS22231:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1099, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 06‑07‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:743, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑04‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑10‑2017
- Wetingang
Essentie
Tenuitvoerlegging. Openbare orde.
Moet de vraag of verzoekster tot cassatie ontvankelijk is in haar cassatieberoep worden beantwoord op grond van EVEX I en de bijbehorende uitvoeringswet of aan de hand van EVEX II en de bijbehorende uitvoeringswet?
Is de tenuitvoerlegging van het Zwitserse vonnis in kwestie kennelijk strijdig met de Nederlandse openbare orde, indien de vordering uit hoofde van dat vonnis naar Zwitsers recht is verjaard?
Samenvatting
Het kantongerecht van het district van Lugano, Zwitserland heeft een verstekvonnis gewezen tussen Fratelli als eiser en verzoekster tot cassatie als gedaagde. Fratelli heeft van de voorzieningenrechter in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.