V-N 2017/55.7
In kader van bijzondere navorderingsregeling dient per schenkingshandeling te worden getoetst of (tijdig) aangifte is gedaan
HR 10-11-2017, ECLI:NL:HR:2017:2840, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 november 2017
- Magistraten
Koopman, Fierstra, Groeneveld, Wortel, Beukers-van Dooren
- Zaaknummer
17/01037
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS927601:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Schenk- en erfbelasting / Algemeen
Schenk- en erfbelasting (V)
Schenk- en erfbelasting / Schenkbelasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2840, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑11‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑11‑2017
- Wetingang
art. 16 lid 4 AWR; art. 28 en 66 lid 1SW1956
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat mevrouw X zich ten onrechte beroept op de samenvoegingsregeling van art. 28 SW 1956. Dat artikel beperkt zich er namelijk toe te voorkomen dat het verschuldigde schenkingsrecht wordt verminderd door één schenking binnen een betrekkelijk kort tijdverloop te splitsen in meerdere schenkingen.
Samenvatting
Belanghebbende, mevrouw X, krijgt in 1997 vrij van recht een schenking van haar moeder. De moeder overlijdt in 2004. In 2014 blijkt na een inkeerverzoek van een zuster van X dat X in 1997 ook nog een deel van een Zwitserse bankrekening geschonken heeft gekregen. In geschil is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.