NJB 2023/2335:‘Persoonlijke dienstbetrekking’ i.d.z.v. art. 322 Sr (verduistering): daarvan is sprake als iemand werkzaam is in ondergeschiktheid. Dat is ook mogelijk als werkzaamheden worden verricht in de hoedanigheid van vrijwilliger. In casu kon het hof oordelen dat de verdachte zich geldbedragen ‘uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking’ wederrechtelijk heeft toegeëigend, onder meer erop gelet dat de verdachte in de functie van tweede penningmeester in opdracht van en onder toezicht van het bestuur van de supportersvereniging administratieve werkzaamheden verrichtte, dat hij daarover verantwoording moest afleggen aan het bestuur en dat daarbij sprake was van een gezagsverhouding, terwijl de verdachte structureel een geldelijke vergoeding kreeg voor deze werkzaamheden.