BNB 2022/106
Interne compensatie bij BPM niet strijdig met Europees recht. Verlenging redelijke termijn vanwege coronacrisis. Onderscheid proceskostenvergoeding tussen WOZ- en BPM-procedures en andere procedures in strijd met gelijkheidsbeginsel
HR 27-05-2022, ECLI:NL:HR:2022:752, m.nt. B.A. van Brummelen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 mei 2022
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Punt, Feteris, Fierstra, Van Eijsden
- Zaaknummer
21/02977
- Noot
B.A. van Brummelen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS658116:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Belastingheffing van motorrijtuigen / Belasting van personenauto's en motorrijwielen
Fiscaal procesrecht / Proceskostenvergoeding
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑05‑2022
ECLI:NL:HR:2022:752, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑05‑2022
- Wetingang
Essentie
Interne compensatie bij BPM niet strijdig met Europees recht. Verlenging redelijke termijn vanwege coronacrisis. Onderscheid proceskostenvergoeding tussen WOZ- en BPM-procedures en andere procedures in strijd met gelijkheidsbeginsel
Samenvatting
Belanghebbende heeft een gebruikte personenauto met meer dan normale gebruiksschade ingevoerd en daarvoor BPM op aangifte voldaan. In beroep vermindert de Rechtbank de BPM met een leeftijdskorting omdat de auto drie maanden ouder is dan waarvan belanghebbende bij de aangifte is uitgegaan. In hoger beroep stelt belanghebbende dat bij de aangifte ook een onjuist tarief is toegepast. De Inspecteur stelt dat een vermindering wegens een onjuist tarief wordt gecompenseerd door ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.