NJB 2019/1867
Taakverdeling burgerlijke rechter-bestuursrechter. Een leerling is niet geslaagd voor het vwo-eindexamen. In dit kort geding vordert zij een bevel om haar in de toestand te brengen waarin zij verkeerd zou hebben indien haar antwoord op vraag 15 van het vwo-examen Frans zou zijn goedgekeurd. Het hof verklaart haar niet-ontvankelijk op de grond dat de rechtsgang bij de bestuursrechter heeft opengestaan. Hoge Raad: De leerling kan de beoordelingsnormen niet aan de bestuursrechter voorleggen. De leerling heeft het geschil dan ook terecht voorgelegd aan de burgerlijke rechter
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 juli 2019
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
18/01668
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
Onderwijsrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1243, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:509, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑04‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑05‑2018
- Wetingang
(art. 8:4 lid 3, aanhef en onder b, Awb; art. 2 lid 2, aanhef en onder d en e, Wet CvTE)
Essentie
Taakverdeling burgerlijke rechter-bestuursrechter. Een leerling is niet geslaagd voor het vwo-eindexamen. In dit kort geding vordert zij een bevel om haar in de toestand te brengen waarin zij verkeerd zou hebben indien haar antwoord op vraag 15 van het vwo-examen Frans zou zijn goedgekeurd. Het hof verklaart haar niet-ontvankelijk op de grond dat de rechtsgang bij de bestuursrechter heeft opengestaan. Hoge Raad: De leerling kan de beoordelingsnormen niet aan de bestuursrechter voorleggen. De leerling heeft het geschil dan ook terecht voorgelegd aan de burgerlijke rechter
Partij(en)
L (de leerling), adv. mr. H.J.W. Alt, vs. de Staat der Nederlanden ...