NJB 2019/2061
Schietincident Alphen aan den Rijn. Onrechtmatige overheidsdaad. Aansprakelijkheid politie. De schutter had verlof voor vuurwapenbezit. Bij het verlenen van het verlof was bekend dat de schutter betrokken was geweest bij luchtdrukwapenincidenten en in bewaring gesteld was geweest op grond van de Wet Bopz. Is de politie aansprakelijk voor de schade die het gevolg is van het vuurwapengebruik? Hoge Raad: 1. Relativiteit. De regels uit de Wet wapens en munitie beogen niet alleen de veiligheid van de samenleving in algemene zin te bevorderen, maar ook om te voorkomen dat individuele burgers het slachtoffer worden van vuurwapenbezit dat niet verantwoord is. Verlofverlening in een geval waarin duidelijk was of had moeten zijn dat het verlof niet verantwoord was, is onrechtmatig jegens slachtoffers van het daardoor mogelijk gemaakte vuurwapengebruik. 2. Condicio sine qua non-verband. De politie heeft haar betwisting van het condicio sine qua non-verband onvoldoende onderbouwd. 3. Toerekening. a. De aard van de geschonden norm rechtvaardigt een ruime toerekening van schade. Het hof heeft zonder blijk te geven van een onjuiste rechtsopvatting kunnen oordelen dat de door de schutter bij het schietincident veroorzaakte materiële en immateriële letsel- en overlijdensschade aan de politie kan worden toegerekend. Dat oordeel is voldoende gemotiveerd en niet onbegrijpelijk. b. In zijn algemeenheid kan niet worden geoordeeld dat, indien de politie onrechtmatig heeft gehandeld als hiervoor bedoeld, andere door het schietincident veroorzaakte schade dan letsel- en overlijdensschade in het geheel niet aan de politie kan worden toegerekend. Het is mogelijk om die schade op een andere grond niet toe te rekenen, bijvoorbeeld op de grond dat deze in een te ver verwijderd verband staat of niet of minder voorzienbaar was. In de schadestaatprocedure zal moeten worden beoordeeld of en in hoeverre het in dit geval gerechtvaardigd is om andere schade dan letsel- en overlijdensschade aan de politie toe te rekenen
HR 20-09-2019, ECLI:NL:HR:2019:1409
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 september 2019
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
18/02744
18/02782
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Wapens en munitie
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1409, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑09‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:451, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑04‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑06‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑06‑2018
- Wetingang
(art. 6:98, 6:162, 6:163 BW; art. 7 lid 1, aanhef en onder b en c, lid 2, art. 28 lid 2, aanhef en onder a en c, art. 28 lid 4 WWM)
Essentie
Schietincident Alphen aan den Rijn. Onrechtmatige overheidsdaad. Aansprakelijkheid politie. De schutter had verlof voor vuurwapenbezit. Bij het verlenen van het verlof was bekend dat de schutter betrokken was geweest bij luchtdrukwapenincidenten en in bewaring gesteld was geweest op grond van de Wet Bopz. Is de politie aansprakelijk voor de schade die het gevolg is van het vuurwapengebruik? Hoge Raad: 1. Relativiteit. De regels uit de Wet wapens en munitie beogen niet alleen de veiligheid van de samenleving in algemene zin te bevorderen, maar ook om te voorkomen dat individuele burgers het slachtoffer worden van vuurwapenbezit dat niet verantwoord is. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.