NJB 2015/652
Uitreiking van gerechtelijk schrijven, art. 588 Sv: uit het samenstel van de bepalingen lid 1 en 3 van dit artikel vloeit voort dat, alvorens wordt overgegaan tot de uitreiking van het gerechtelijk schrijven aan de griffier van de rechtbank, het schrijven daadwerkelijk moet zijn aangeboden aan de woning van de geadresseerde, met achterlating van een bericht van aankomst indien aldaar niemand is aangetroffen. Gelet op de inhoud van de akte van uitreiking in casu, is het kennelijke oordeel van het hof dat daaraan in deze zaak is voldaan, niet begrijpelijk
HR 17-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:633
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 maart 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma
- Zaaknummer
13/04124
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:633, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:200, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑01‑2015
- Wetingang
(Sv art. 588)
Essentie
Uitreiking van gerechtelijk schrijven, art. 588 Sv: uit het samenstel van de bepalingen lid 1 en 3 van dit artikel vloeit voort dat, alvorens wordt overgegaan tot de uitreiking van het gerechtelijk schrijven aan de griffier van de rechtbank, het schrijven daadwerkelijk moet zijn aangeboden aan de woning van de geadresseerde, met achterlating van een bericht van aankomst indien aldaar niemand is aangetroffen. Gelet op de inhoud van de akte van uitreiking in casu, is het kennelijke oordeel van het hof dat daaraan in deze zaak is voldaan, niet begrijpelijk
Uitspraak
Inleiding:
Het middel klaagt dat het hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.