In de hierna te melden bewijsmiddelen wordt telkens tenzij anders aangegeven verwezen naar de bijlagen van het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal Relaas van bevindingen einddossier Anaconda, genummerd PL0981/10-000826E, gesloten en getekend op 6 september 2010 door [ambtenaar] en [ambtenaar], beiden brigadier/rechercheur van politie.
Hof Arnhem-Leeuwarden, 08-11-2013, nr. 21-002116-11
ECLI:NL:GHARL:2013:8522, Cassatie: (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
08-11-2013
- Zaaknummer
21-002116-11
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHARL:2013:8522, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 08‑11‑2013; (Hoger beroep)
Cassatie: ECLI:NL:HR:2015:1100, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
Eerste aanleg: ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ6884
Uitspraak 08‑11‑2013
Inhoudsindicatie
Mensenhandel ten aanzien van twee vrouwen. Hof legt gevangenisstraf van 5 jaren op.
Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-002116-11
Uitspraak d.d.: 8 november 2013
TEGENSPRAAK
Promis
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Utrecht van
1 juni 2011 met parketnummer 16-711010-10 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
wonende te [woonplaats].
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van het hof van 7 en 8 oktober 2013 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadslieden, mr K.A. Krikke en mr M.K.J. Dikkerboom, naar voren is gebracht.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Verdachte is bij vonnis van beroep van het hem onder 1 tenlastegelegde vrijgesproken. Hoger beroep tegen deze gegeven vrijspraak staat niet open. Het hof zal verdachte daarom in zoverre niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep verklaren.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen vernietigen omdat het voor wat betreft de bewijsbeslissing, straf en vorderingen benadeelde partij voor een deel tot een andere beslissing komt.
Het hof zal daarom opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is -na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg- voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen tenlastegelegd dat:
2.
hij op een (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 juli 1999 tot en met 30 september 2000 te Utrecht en/of Bilthoven, althans in het arrondissement Utrecht, in elk geval in Nederland,
(telkens)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een persoon, genaamd [slachtoffer 1],
(sub 1) door geweld of een of meer andere feitelijkheden of door bedreiging met geweld of bedreiging met één of meer andere feitelijkheden, dan wel door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht en/of door misleiding tot prostitutie heeft gebracht, in elk geval onder voornoemde omstandigheden enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan verdachte en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat die ander(en) (die [slachtoffer 1]) daardoor in de prostitutie belandden,
bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en), dan wel bovenomschreven misbruik en/of misleiding hieruit dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 1], en/of
- die [slachtoffer 1] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben voorgehouden dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de gezamenlijke toekomst van haar en verdachte, en/of dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de aanschaf van gezamenlijke spullen/voorwerpen, en/of
- die [slachtoffer 1] telkens heeft/hebben gezegd dat hij, verdachte (en/of zijn mededader(s)), zich in de schulden had/hadden gestoken om haar naar Nederland te halen en/of dat die [slachtoffer 1] (derhalve) voor hem, verdachte (en/of zijn mededader(s)) in de prostitutie geld moesten gaan verdienen, en/of
- de verblijfs- en/of identiteitsdocumenten en/of overige (officiële) papieren en/of documenten van die [slachtoffer 1] (tijdelijk) heeft/hebben afgepakt, en/of
- die [slachtoffer 1] meermalen (met kracht) (met zijn, verdachtes, vuist(en) en/of met behulp van voorwerpen) op/tegen haar, [slachtoffer 1]’s, gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of (elders) (met kracht) op/tegen het (boven)lichaam van die [slachtoffer 1] heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of
- die [slachtoffer 1] diverse malen met een mes haar haar heeft/hebben afgesneden/geschoren, en/of
- die [slachtoffer 1], tegen haar wil, oraal en/of anaal en/of vaginaal heeft/hebben gepenetreerd, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen verdovende middelen te gebruiken, en/of die [slachtoffer 1] verdovende middelen heeft/hebben geleverd en/of die [slachtoffer 1] van verdovende middelen afhankelijk heeft/hebben gemaakt/gehouden, en/of
- die [slachtoffer 1] direct en/of indirect met de dood en/of (zware) mishandeling heeft/hebben bedreigd en/of die [slachtoffer 1] dreigend heeft/hebben voorgehouden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) haar (in Marokko woonachtige) familie zou(den) vermoorden/geweld zou(den) aandoen, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar ouders en of andere familieleden te vertellen dat hun dochter in de prostitutie werkte en/of dat zij niet aan haar echtelijke verplichtingen voldeed, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar verblijfsvergunning/verblijfstitel af te pakken en/of haar (anderszins) naar Marokko terug te sturen, en/of
- die [slachtoffer 1] (herhaaldelijk) heeft/hebben gezegd/voorgehouden dat de politie haar niet zou helpen (waardoor die [slachtoffer 1] geen hulp zocht en/of aangifte deed), en/of
en/of die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- die [slachtoffer 1] voorafgaand en (vervolgens) tijdens haar prostitutiewerkzaamheden
(werk-)instructies heeft/hebben gegeven, en/of
- een (of meer) kamer(s)/ruimte(s) in Utrecht (op het Zandpad) heeft/hebben geregeld, alwaar die [slachtoffer 1] haar prostitutiewerkzaamheden kon/moest verrichten, en/of
- die [slachtoffer 1] naar haar prostitutiewerkplek heeft/hebben gebracht en/of die [slachtoffer 1] van haar prostitutiewerkplek heeft/hebben opgehaald, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gecontroleerd en/of heeft/hebben laten controleren op het moment dat zij, die [slachtoffer 1], als prostituee aan het werk was, en/of
- die [slachtoffer 1] opdracht heeft/hebben gegeven en/of onder druk heeft/hebben gezet en/of ertoe heeft/hebben aangezet en/of gebracht een (zeer) groot aantal dagen (per week), en/of een (zeer) groot aantal uren per dag als prostituee te werken (óók gedurende ziekte en/of zwangerschap en/of ongesteldheid);
3.
hij op een (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van ongeveer 01 oktober 2000 tot en met 31 december 2004 te Utrecht en/of Bilthoven, althans in het arrondissement Utrecht, in elk geval in Nederland,
(telkens)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een persoon, genaamd [slachtoffer 1],
(sub 1) door geweld of één of meer andere feitelijkheden of door bedreiging met geweld of bedreiging met één of meer andere feitelijkheden heeft gedwongen of door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of door misleiding heeft bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met (of voor) een derde tegen betaling of onder voornoemde omstandigheden enige handeling heeft ondernomen waarvan verdachte wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor tot het verrichten van die (seksuele) handelingen beschikbaar stelde en/of
(sub 4) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit seksuele handelingen van een ander, genaamd [slachtoffer 1], met (of voor) een derde tegen betaling (naar het hof begrijpt) terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich onder de sub 1 genoemde omstandigheden zich beschikbaar stelde tot het plegen van die handelingen en/of
(sub 6) die [slachtoffer 1] -naar het hof begrijpt: met één van de in sub 1 genoemde dwangmiddelen- heeft bewogen hem, verdachte en/of zijn mededader(s), uit de opbrengst van zijn of haar seksuele handelingen met (of voor) een derde te bevoordelen,
(sub 1 (het hof begrijpt: en sub 4 en 6)) bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of bedreiging met die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bovenomschreven misbruik en/of misleiding hieruit dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 1], en/of
- die [slachtoffer 1] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben voorgehouden dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de gezamenlijke toekomst van haar en verdachte, en/of dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de aanschaf van gezamenlijke spullen/voorwerpen, en/of
- die [slachtoffer 1] telkens heeft/hebben gezegd dat hij, verdachte (en/of zijn mededader(s)), zich in de schulden had/hadden gestoken om haar naar Nederland te halen en/of dat die [slachtoffer 1] (derhalve) voor hem, verdachte (en/of zijn mededader(s)) in de prostitutie geld moesten gaan verdienen, en/of
- de verblijfs- en/of identiteitsdocumenten en/of overige (officiële) papieren en/of documenten van die [slachtoffer 1] (tijdelijk) heeft/hebben afgepakt, en/of
- die [slachtoffer 1] meermalen (met kracht) (met zijn, verdachtes, vuist(en) en/of met behulp van voorwerpen) op/tegen haar, [slachtoffer 1]’s, gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of (elders) (met kracht) op/tegen het (boven)lichaam van die [slachtoffer 1] heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of
- die [slachtoffer 1] diverse malen met een mes haar haar heeft/hebben afgesneden/geschoren, en/of
- die [slachtoffer 1], tegen haar wil, oraal en/of anaal en/of vaginaal heeft/hebben gepenetreerd, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen verdovende middelen te gebruiken, en/of die [slachtoffer 1] verdovende middelen heeft/hebben geleverd en/of die [slachtoffer 1] van verdovende middelen afhankelijk heeft/hebben gemaakt/gehouden, en/of
- die [slachtoffer 1] direct en/of indirect met de dood en/of (zware) mishandeling heeft/hebben bedreigd en/of die [slachtoffer 1] dreigend heeft/hebben voorgehouden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) haar (in Marokko woonachtige) familie zou(den) vermoorden/geweld zou(den) aandoen, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar ouders en of andere familieleden te vertellen dat hun dochter in de prostitutie werkte en/of dat zij niet aan haar echtelijke verplichtingen voldeed, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar verblijfsvergunning/verblijfstitel af te pakken en/of haar (anderszins) naar Marokko terug te sturen, en/of
- die [slachtoffer 1] (herhaaldelijk) heeft/hebben gezegd/voorgehouden dat de politie haar niet zou helpen (waardoor die [slachtoffer 1] geen hulp zocht en/of aangifte deed),
ten gevolge van voorgaande handelingen (en het feit dat die [slachtoffer 1] de Nederlandse taal niet machtig was en/of niet (goed) bekend was in Nederland en/of met de Nederlandse gebruiken) sociaal geïsoleerd werd door verdachte (en/of zijn mededader(s)) en/of die [slachtoffer 1] in een door verdachte en/of zijn mededader(s) gecontroleerde situatie heeft/hebben gehouden, in elk geval een of meer (andere) handelingen heeft/hebben verricht, strekkende tot het brengen en/of houden van die [slachtoffer 1] in een van verdachte en/of zijn mededader(s)
afhankelijke positie, en/of
(sub 1, 4 en 6) hebbende die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- die [slachtoffer 1] voorafgaand en (vervolgens) tijdens haar prostitutiewerkzaamheden
(werk-)instructies heeft/hebben gegeven, en/of
- een (of meer) kamer(s)/ruimte(s) in Utrecht (op het Zandpad) heeft/hebben geregeld, alwaar die [slachtoffer 1] haar prostitutiewerkzaamheden kon/moest verrichten, en/of
- die [slachtoffer 1] naar haar prostitutiewerkplek heeft/hebben gebracht en/of die [slachtoffer 1] van haar prostitutiewerkplek heeft/hebben opgehaald, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gecontroleerd en/of heeft/hebben laten controleren op het moment dat zij, die [slachtoffer 1], als prostituee aan het werk was, en/of
- die [slachtoffer 1] opdracht heeft/hebben gegeven en/of onder druk heeft/hebben gezet en/of ertoe heeft/hebben aangezet en/of gebracht een (zeer) groot aantal dagen (per week), en/of een (zeer) groot aantal uren per dag als prostituee te werken (óók gedurende ziekte en/of zwangerschap en/of ongesteldheid);
- die [slachtoffer 1] een zeer groot deel van haar (prostitutie)verdiensten, althans een aanzienlijk deel daarvan, heeft/hebben afgepakt, althans heeft/hebben laten afgeven aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), althans die [slachtoffer 1] slechts een (zeer) klein deel van die verdiensten heeft/hebben laten behouden;
4.
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van ongeveer 01 januari 2005 tot met 10 februari 2010 te Utrecht en/of Bilthoven, in elk geval in Nederland,
(telkens)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een persoon, genaamd: [slachtoffer 1],
(sub 1 (het hof begrijpt: en sub 4 en 9) door (het hof begrijpt: dwang en/of, geweld en/of een andere feitelijkhe(i)d(en) en/of) dreiging met geweld en/of een of meer andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door afpersing en/of door fraude en/of door misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie
(sub 1) heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van uitbuiting van die [slachtoffer 1], en/of
(sub 4) die [slachtoffer 1] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of dienst en/of enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid of diensten, en/of
(sub 6) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [slachtoffer 1],
(sub 9) die [slachtoffer 1] heeft gedwongen dan wel bewogen hem (en/of zijn mededader(s)) te bevoordelen uit de opbrengst van dier seksuele handelingen met of voor een derde, en/of
(het hof begrijpt: sub 1, 4 en 9) bestaande die dwang en/of dat geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die dreiging met geweld en/of die dreiging van die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die afpersing en/of die fraude en/of die misleiding en/of dat misbruik (telkens) hieruit dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 1], en/of
- die [slachtoffer 1] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben voorgehouden dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de gezamenlijke toekomst van haar en verdachte, en/of dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de aanschaf van gezamenlijke spullen/voorwerpen, en/of
- die [slachtoffer 1] telkens heeft/hebben gezegd dat hij, verdachte (en/of zijn mededader(s)), zich in de schulden had/hadden gestoken om haar naar Nederland te halen en/of dat die [slachtoffer 1] (derhalve) voor hem, verdachte (en/of zijn mededader(s)) in de prostitutie geld moesten gaan verdienen, en/of
- de verblijfs- en/of identiteitsdocumenten en/of overige (officiële) papieren en/of-documenten van die [slachtoffer 1] (tijdelijk) heeft/hebben afgepakt, en/of
- die [slachtoffer 1] meermalen (met kracht) (met zijn, verdachtes, vuist(en) en/of met behulp van voorwerp(en)) op/tegen haar, [slachtoffer 1]’s, gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of (elders) (met kracht) op/tegen het (boven)lichaam van die [slachtoffer 1] heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of
- die [slachtoffer 1] diverse malen met een mes haar haren heeft/hebben afgesneden/geschoren, en/of
- die [slachtoffer 1] van een balkon heeft afgeduwd en/of door een open(staande) raam heeft geduwd (ten gevolge waarvan die [slachtoffer 1] haar been heeft gebroken), en/of
- hete/in het vuur verwarmde lepels onder/tegen de voeten/voetzolen van die [slachtoffer 1] heeft/hebben geduwd/gebracht, en/of
- die [slachtoffer 1], tegen haar wil, oraal en/of anaal en/of vaginaal heeft/hebben gepenetreerd, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen verdovende middelen te gebruiken, en/of die [slachtoffer 1] verdovende middelen heeft/hebben geleverd en/of die [slachtoffer 1] van verdovende middelen afhankelijk heeft/hebben gemaakt/gehouden, en/of
- die [slachtoffer 1] direct en/of indirect met de dood en/of (zware) mishandeling heeft/hebben bedreigd en/of die [slachtoffer 1] dreigend heeft/hebben voorgehouden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) haar (in Marokko woonachtige) familie zou(den) vermoorden/geweld zou(den) aandoen, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar ouders en of andere familieleden te vertellen dat hun dochter in de prostitutie werkte en/of dat zij niet aan haar echtelijke verplichtingen voldeed, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar verblijfsvergunning/verblijfstitel af te pakken en/of haar (anderszins) naar Marokko terug te sturen, en/of
- die [slachtoffer 1] (herhaaldelijk) heeft/hebben gezegd/voorgehouden dat de politie haar niet zou helpen (waardoor die [slachtoffer 1] geen hulp zocht en/of aangifte deed),
ten gevolge van voorgaande handelingen (en het feit dat die [slachtoffer 1] de Nederlandse taal niet machtig was en/of niet (goed) bekend was in Nederland en/of met de Nederlandse gebruiken) sociaal geïsoleerd werd door verdachte (en/of zijn mededader(s)) en/of die [slachtoffer 1] in een door verdachte en/of zijn mededader(s) gecontroleerde situatie heeft/hebben gehouden, in elk geval een of meer (andere) handelingen heeft/hebben verricht, strekkende tot het brengen en/of houden van die [slachtoffer 1] in een van verdachte en/of zijn mededader(s) afhankelijke positie, en/of
(sub 1, 4, 6 en 9) hebbende die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- die [slachtoffer 1] voorafgaand en (vervolgens) tijdens haar prostitutiewerkzaamheden
(werk-)instructies heeft/hebben gegeven, en/of
- een (of meer) kamer(s)/ruimte(s) in Utrecht (op het Zandpad) heeft/hebben geregeld, alwaar die [slachtoffer 1] haar prostitutiewerkzaamheden kon/moest verrichten, en/of
- die [slachtoffer 1] naar haar prostitutiewerkplek heeft/hebben gebracht en/of die [slachtoffer 1] van haar prostitutiewerkplek heeft/hebben opgehaald, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gecontroleerd en/of heeft/hebben laten controleren op het moment dat zij, die [slachtoffer 1], als prostituee aan het werk was, en/of
- die [slachtoffer 1] opdracht heeft/hebben gegeven en/of onder druk heeft/hebben gezet en/of ertoe heeft/hebben aangezet en/of gebracht een (zeer) groot aantal dagen (per week), en/of een (zeer) groot aantal uren per dag als prostituee te werken (óók gedurende ziekte en/of zwangerschap en/of ongesteldheid);
- die [slachtoffer 1] een zeer groot deel van haar (prostitutie)verdiensten, althans een aanzienlijk deel daarvan, heeft/hebben afgepakt, althans heeft/hebben laten afgeven aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), althans die [slachtoffer 1] slechts een (zeer) klein deel van die verdiensten heeft/hebben laten behouden;
5.
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van ongeveer 01 juli 2008 tot met 10 november 2009 te Marokko, en/of te Brussel, in elk geval in België, en/of te Utrecht en/of Houten, althans in het arrondissement Utrecht, in elk geval in Nederland,
(telkens)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
[slachtoffer 2],
(sub 3) heeft aangeworven, medegenomen of ontvoerd (vanuit Marokko), met het oogmerk die [slachtoffer 2] in een ander land (Nederland) ertoe te brengen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van één of meer seksuele handeling(en) met of voor een derde tegen betaling, hebbende die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s))
- is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 2], en/of
- voor die [slachtoffer 2] een aanvraag machtiging voorlopig verblijf (MVV) bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) heeft/hebben ingediend, en/of
- voor/aan die [slachtoffer 2] een vliegticket heeft/hebben geregeld en/of verstrekt, en/of
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben begeleid op haar reis van Marokko naar Brussel (Belgie) en/of Utrecht (Nederland), en/of
- die [slachtoffer 2] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht,
en/of
(sub 1 (het hof begrijpt: en sub 4 en 9) door (het hof begrijpt: dwang en/of geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of) dreiging met geweld en/of een of meer andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door afpersing en/of door fraude en/of door misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie
(sub 1) heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van uitbuiting van die [slachtoffer 2], en/of
(sub 4) die [slachtoffer 2] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of dienst en/of enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid of diensten, en/of
(sub 6) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [slachtoffer 2], en/of
(sub 9) die [slachtoffer 2] heeft gedwongen dan wel bewogen hem (en/of zijn mededader(s)) te bevoordelen uit de opbrengst van dier seksuele handelingen met of voor een derde,
(het hof begrijpt: sub 1, 4 en 9) bestaande die dwang en/of dat geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die dreiging met geweld en/of die dreiging van die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die afpersing en/of die fraude en/of die misleiding en/of dat misbruik (telkens) hieruit dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- -
is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 2], en/of
- -
die [slachtoffer 2] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht, en/of
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben voorgehouden dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de gezamenlijke toekomst van haar en verdachte, en/of dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de aanschaf van gezamenlijke spullen/voorwerpen, en/of
- die [slachtoffer 2] telkens heeft/hebben gezegd dat hij, verdachte (en/of zijn mededader(s)), zich in de schulden had/hadden gestoken om haar naar Nederland te halen en/of dat die [slachtoffer 2] (derhalve) voor hem, verdachte (en/of zijn mededader(s)) in de prostitutie geld moesten gaan verdienen, en/of
- de verblijfs- en/of identiteitsdocumenten en/of overige (officiële) papieren en/of-documenten van die [slachtoffer 2] (tijdelijk) heeft/hebben afgepakt, en/of
- die [slachtoffer 2] meermalen (met kracht) (met zijn, verdachtes, vuist(en)) op/tegen haar, [slachtoffer 2]’s, gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of (elders) (met kracht) op/tegen het (boven)lichaam van die [slachtoffer 2] heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of
- de keel van die [slachtoffer 2] (met kracht) heeft dichtgedrukt/dichtgehouden
- die [slachtoffer 2], tegen haar wil, oraal en/of anaal en/of vaginaal heeft/hebben gepenetreerd, en/of
- die [slachtoffer 2] direct en/of indirect met de dood en/of (zware) mishandeling heeft/hebben bedreigd en/of die [slachtoffer 2] dreigend heeft/hebben voorgehouden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) haar (in Marokko woonachtige) familie zou(den) vermoorden/geweld zou(den) aandoen,
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben gedreigd haar ouders en of andere familieleden te vertellen dat hun dochter in de prostitutie werkte en/of dat zij niet aan haar echteljke verplichtingen voldeed, en/of
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben gedreigd haar verblijfsvergunning en/of verblijfstitel af te pakken en/of haar (anderszins) naar Marokko terug te sturen, en/of
- die [slachtoffer 2] (herhaaldelijk) heeft/hebben gezegd/voorgehouden dat de politie haar niet zou helpen (waardoor die [slachtoffer 1] geen hulp zocht en/of aangifte deed),
ten gevolge van voorgaande handelingen (en het feit dat die [slachtoffer 2] de Nederlandse taal niet machtig was en/of niet (goed) bekend was in Nederland en/of met de Nederlandse gebruiken) sociaal geïsoleerd werd door verdachte (en/of zijn mededader(s)) en/of die [slachtoffer 2] in een door verdachte en/of zijn mededader(s) gecontroleerde situatie heeft/hebben gehouden, in elk geval een of meer (andere) handelingen heeft/hebben verricht, strekkende tot het brengen en/of houden van die [slachtoffer 2] in een van verdachte en/of zijn mededader(s) afhankelijke positie,
en/of
(sub 1, 4, 6 en 9) hebbende die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- die [slachtoffer 2] voorafgaand en (vervolgens) tijdens haar prostitutiewerkzaamheden (werk-)instructies heeft/hebben gegeven, en/of
- een (of meer) kamer(s)/ruimte(s) in Utrecht (op het Zandpad) heeft/hebben geregeld, alwaar die [slachtoffer 2] haar prostitutiewerkzaamheden kon/moest verrichten, en/of
- die [slachtoffer 2] naar haar prostitutiewerkplek heeft/hebben gebracht en/of die [slachtoffer 2] van haar prostitutiewerkplek heeft/hebben opgehaald, en/of
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben gecontroleerd en/of heeft/hebben laten controleren op het moment dat zij, die [slachtoffer 2], als prostituee aan het werk was (bijvoorbeeld middels een open lijn op een mobiele telefoon), en/of
- die [slachtoffer 2] opdracht heeft/hebben gegeven en/of onder druk heeft/hebben gezet en/of ertoe heeft/hebben aangezet en/of gebracht een (zeer) groot aantal dagen (per week), en/of een (zeer) groot aantal uren per dag als prostituee te werken (óók gedurende ziekte en/of ongesteldheid),
- die [slachtoffer 2] een zeer groot deel van haar (prostitutie)verdiensten, althans een aanzienlijk deel daarvan, heeft/hebben afgepakt, althans heeft/hebben laten afgeven aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), althans die [slachtoffer 2] slechts een (zeer) klein deel van die verdiensten heeft/hebben laten behouden;
6.
hij in of omstreeks de periode van 01 januari 2005 tot en met 31 december 2009, te Utrecht, althans in Nederland, van een (of meer) geldbedrag(en) (tot een totaal van (in elk geval) 46.797 euro), de werkelijke aard en/of de herkomst heeft/hebben verhuld, en/of een (of meer) geldbedrag(en) (tot een totaal van (in elk geval) 46.797 euro) heeft verworven en/of voorhanden heeft/hebben gehad, en/of heeft/hebben omgezet, terwijl hij wist dat die/dat geldbedrag(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) van het plegen van witwassen een gewoonte heeft/hebben gemaakt;
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Beroep op niet-ontvankelijkheid
Verweer
De verdediging heeft zich ter terechtzitting in hoger beroep op het standpunt gesteld dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. Hiertoe is aangevoerd dat het paspoort van verdachte, het paspoort van aangeefster [slachtoffer 1] over de periode 2004-2009 en financiële informatie lange tijd zijn achtergehouden.
Oordeel hof
Het hof gaat er van uit dat met het beroep op niet-ontvankelijkheid de verdediging heeft willen betogen dat door het niet tijdig verstrekken van de betreffende stukken sprake is geweest van een onherstelbaar vormverzuim in de zin van artikel 359a Wetboek van Strafvordering.
Hoewel het hof het met de verdediging eens is dat de stukken (omdat ze relevant zijn en beschikbaar waren) eerder aan de verdediging hadden moeten worden verstrekt, is het hof niet van oordeel dat sprake is van een onherstelbaar vormverzuim. De betreffende stukken zijn relevant in relatie tot de bewijsvraag. Voor de verdediging is dus van belang dat zij de stukken op een zodanig tijdstip heeft ontvangen dat zij deze met het oog op het voeren van het pleidooi en het eventueel doen van nadere onderzoekswensen heeft kunnen bestuderen. Dat is (in de fase van het hoger beroep) het geval geweest. Voor zover sprake is geweest van vormverzuimen zijn deze dus (in de fase van het hoger beroep) hersteld.
Voor zover de verdediging naar voren heeft gebracht dat de informatie ook een rol had kunnen spelen op de momenten dat in hoger beroep verzoeken werden gedaan tot opheffing of schorsing van de voorlopige hechtenis tijdens regie of pro forma behandelingen van de zaak, overweegt het hof dat in het algemeen op die momenten in een complexe zaak, aanvullende informatie niet tot de conclusie zal leiden dat er – ondanks het veroordelend vonnis – geen ernstige bezwaren meer tegen de verdachte bestaan en dat de voorlopige hechtenis dient te worden opgeheven. Het hof zal immers pas na de inhoudelijke behandeling van de zaak goed in staat zijn de nieuwe ontlastende informatie af te zetten tegen de belastende informatie. In deze zaak is dat niet anders. De belangen van de verdachte zijn dus niet geschaad door de omstandigheid dat niet reeds gedurende alle pro forma en regiebehandelingen in hoger beroep de verdediging de stukken in handen had.
Het hof verwerpt het verweer.
Vrijspraak
Het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte het onder 2 en 6 tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Voor wat betreft feit 2 overweegt het hof in het bijzonder dat onvoldoende is komen vast te staan dat aangeefster reeds in de periode 1 juli 1999 tot en met 30 september 2000 in Utrecht als prostituee werkzaam was.
Bewijsoverweging
Uit het dossier en het onderzoek ter zitting blijkt onder meer het volgende1.:
[slachtoffer 2] heeft op 10 november 2009 bij de politie aangifte gedaan tegen verdachte. Zij werd door hem gedwongen om op het Zandpad in Utrecht in de prostitutie te werken. Zij heeft onder meer het volgende verklaard:
Zij woonde in Marokko, kwam uit een arm gezin en werkte bij een kapster. Een neef van verdachte bracht haar in contact met verdachte. Verdachte was op zoek naar een huwelijkspartner. In juli 2008 ontmoette ze verdachte voor het eerst in Marokko. Verdachte was op zoek naar een gehoorzame vrouw. Verdachte was (het hof begrijpt volgens de Marokkaanse wet) nog getrouwd en in afwachting van de uitspraak van de rechtbank over de echtscheiding. Verdachte zou met haar trouwen, maar deed een aanvraag voor een verblijfsvergunning voor haar op naam van [getuige 1]. Zij zou zogenaamd de vriendin van [getuige 1] zijn.
Op 2 april 2009 arriveerde [slachtoffer 2] in Nederland. Zij reisde samen met [getuige 1]. Verdachte had haar gezegd dat hij niet wilde dat ze lastig werd gevallen in het vliegtuig en dat hij daarom zijn beste vriend had gestuurd om samen met haar te reizen. In de aankomsthal van het vliegveld in Brussel zag ze verdachte. Toen ze hem wilde omhelzen deinsde hij achteruit en zei dat er camera’s hingen. Verdachte zei dat hij niet wilde dat men er achter kwam dat aangeefster bij hem kwam.
Een paar weken na aankomst van aangeefster in Nederland werd via machtigingen de huwelijksakte tussen verdachte en aangeefster in Marokko opgemaakt. Vanaf haar aankomst in Nederland leefde aangeefster met verdachte. Zij woonden in Houten.
Verdachte zou haar even rondleiden in Europa. Hij liet haar een club zien en bracht haar naar Amsterdam, naar de ramen. Verdachte sprak een vrouw aan waarvan hij tegen aangeefster zei dat zij een Marokkaanse was. Aangeefster wilde het niet geloven, waarna ze terug gingen naar de Marokkaanse. De vrouw sprak inderdaad Arabisch. Aangeefster wilde toen weg, want het beviel haar niet dat een Marokkaanse dat werk deed. Verdachte vroeg aangeefster of ze dat werk wel zou willen doen. Zij lachte hem toen uit. Daarna gingen ze vaker naar de ramen om te kijken en iedere keer vroeg verdachte aangeefster of ze het werk zou kunnen doen. Aangeefster dacht dat verdachte haar testte. Verdachte vertelde haar dat dit werk ongeveer € 1.000 per dag opleverde. Aangeefster kon dit niet geloven.
Verdachte heeft aangeefster overgehaald ook als prostituee te werken. Hij zei dat ze dan een auto konden kopen en een huis in Marokko. Verdachte zei dat hij vroeger rijk was, maar dat hij alles was kwijt geraakt toen hij in de gevangenis had gezeten. Aangeefster wilde niet. Verdachte zei haar ook nog dat hij met [getuige 1] voor veel geld had afgesproken dat [getuige 1] aangeefster hierheen zou halen en dat hij geen geld had om [getuige 1] terug te betalen. Als verdachte [getuige 1] niet zou betalen, zou [getuige 1] het verblijf van aangeefster stop zetten en dat zou verdachte niet kunnen verdragen omdat hij niet zonder aangeefster kon.
Op de dag dat aangeefster met [getuige 1] haar verblijfspas heeft opgehaald, heeft verdachte tegen haar gezegd dat ze hoe dan ook moest gaan werken voor haar papieren. Verdachte stuurde haar naar het kantoor waar de inschrijving plaats vond. Verdachte had haar komst daar al aangekondigd. Aangeefster had contact met een Marokkaan, een Berber, die niet zo goed Arabisch kon. Zij is op 11 juni 2009 begonnen met werken. Het huurbedrag voor de eerste week, heeft de verdachte geleend van zijn broer. Op de eerste werkdag zette verdachte haar af op een plek op afstand van de werklocatie. Verdachte zei tegen haar dat hij niet wilde dat ze met hem gezien werd, omdat aangeefster niet op zijn naam in Nederland was. Verdachte bracht haar iedere keer en haalde haar ook weer op.
Aangeefster wist hoe ze moest werken, omdat ze werd getraind door de verdachte. Thuis deden ze dan een soort rollenspel, waarbij verdachte zich voordeed als klant. Verdachte zei haar hoeveel geld ze moest vragen. Als aangeefster ruzie had met verdachte, werkte ze niet. Verdachte was bang dat ze anders uit de school zou klappen.
Het verdiende geld gaf ze aan verdachte. Zij heeft een keer € 400 van verdachte gekregen en dat heeft ze naar Marokko gestuurd. Aangeefster werd door verdachte geslagen. Meestal werd ze geslagen als ze niet goed had verdiend. Verdachte had haar gezegd dat [slachtoffer 1]
€ 1.000 per dag voor hem verdiende. Verdachte wilde van haar ook € 1.000 en dan nog € 50 voor benzine.2.
Op 18 november 2009 is [slachtoffer 2] opnieuw gehoord. Zij heeft toen onder meer verklaard dat verdachte haar geld opeiste. De reden waarom zij het werk van verdachte moest doen, was het geld. Verdachte zei haar dat hij geld aan [getuige 1] moest geven en dat ze een mooie auto zouden gaan kopen van het geld.
Aangeefster werkte ook als ze ongesteld was. Ze gebruikte dan een sponsje. Verdachte had dat aangeschaft.
Thuis deed ze een soort stage. Verdachte speelde dan de klant. Dit gebeurde dagen achter elkaar. Verdachte gaf dan aan hoe aangeefster in de vitrine moest zitten en hoe ze zich zelf kon verkopen.
Aangeefster gehoorzaamde verdachte omdat ze bang was dat hij haar anders sloeg. Een keer kwam de politie bij haar langs op haar werkplek. Verdachte luisterde toen af. Als het slaan van de verdachte sporen had nagelaten, mocht ze niet werken.3.
[getuige 1] heeft ter zitting van de rechtbank op 7 maart 2011 onder meer verklaard dat hij voor [slachtoffer 2] een aanvraag MVV heeft gedaan, dat hij voor haar een vliegticket heeft geregeld en dat hij haar vergezeld heeft op de reis van Marokko naar Nederland. Van Marokko zijn ze naar België gevlogen. Daar werden ze opgehaald door de verdachte.4.
Volgens een proces-verbaal van bevindingen van 30 maart 2010 is de auto van verdachte op 23 april 2009 op de Ruysdaelkade in Amsterdam gezien. Gezien werd dat de auto langs de prostituees reed. Het voertuig werd bestuurd door een man en naast hem zat een vrouw. Beide personen hadden donker haar en een licht getinte huidskleur.5.
Volgens een proces-verbaal van bevindingen heeft [slachtoffer 2] in de periode van 11 juni 2009 tot en met 5 november 2009 een kamer gehuurd op het Zandpad te Utrecht.6.
Op 1 juli 2010 is [getuige 2] door de politie gehoord. Hij heeft verklaard dat hij sinds 1996 woonachtig is op het [adres 1] in Houten. Ongeveer drie jaar geleden kwam er een Marokkaanse man naast hem wonen. Rond de zomer van 2009 kwam er een vrouw bij de buurman wonen. [getuige 2] kan zich herinneren dat gedurende de zomermaanden de buurman en de vriendin seks met elkaar hadden en dat als ze klaar waren, de buurman de hele avond met stemverheffing tegen die vriendin liep te praten.7.
Bij de rechter-commissaris is [getuige 2] opnieuw gehoord over naar het hof begrijpt de relatie tussen verdachte en [slachtoffer 2]. [getuige 2] heeft op 9 oktober 2012 bij de rechter-commissaris verklaard dat als hij buiten in de tuin zat, hij ’s avonds luid gekreun, luide seks hoorde en dat vervolgens de buurman (het hof begrijpt: de verdachte) in die kamer als een soort dominee een verhaal stond af te steken.8.
[getuige 3], de partner van [getuige 2], heeft op 22 november 2012 bij de rechter-commissaris verklaard dat zij, als zij in de tuin zat, hoorde dat bij de buurman in huis luidruchtig de liefde werd bedreven en dat er vervolgens altijd ruzie was. [getuige 3] hoorde ze een hele tijd ruzie maken. Verdachte sprak altijd heel dwingend. De partner van verdachte zei ook wel eens wat terug, maar dat was wel veel minder.9.
Volgens een proces-verbaal van bevindingen van 27 april 2010 bevonden verbalisanten zich op 15 juli 2009 op het Zandpad te Utrecht. Zij controleerden een prostituee die volgens de identiteitspapieren [slachtoffer 2] was genaamd. De vrouw sprak nagenoeg geen Nederlands. Er werd getolkt door een collega. [slachtoffer 2] gaf op dat ze verbleef op [adres 1] in Houten. Zij verklaarde dat ze door [verdachte] naar het Zandpad werd gebracht en weer werd gehaald. Door één van de verbalisanten werd geconstateerd dat er op bed achter de handtas een telefoon lag met een open telefoonverbinding. Nadat verbalisanten nog meer controles hadden gedaan en langs de kamer van [slachtoffer 2] liepen, zagen ze daar [verdachte] staan. [verdachte] kwam luid pratend en gebarend naar buiten. [verdachte] zei dat de politie hem altijd moest hebben.10.
Volgens een proces-verbaal van bevindingen van 30 maart 2010 kregen verbalisanten op 22 juli 2009 de melding om naar de Rondweg in Houten te gaan waar een vrouw langs de weg zou lopen. Ter plaatse troffen verbalisanten een vrouw aan. Zij gaf op te zijn genaamd: [slachtoffer 2]. Op enkele woorden na, sprak [slachtoffer 2] geen Nederlands en ook in het Engels kon zij zich niet verstaanbaar maken. Zij gaf aan ruzie te hebben gehad met haar man. Verbalisanten zagen dat [slachtoffer 2] een erg dun postuur, een ongezonde gelaatskleur en een sombere uitstraling had. [slachtoffer 2] kwam op verbalisanten over als een labiele vrouw met problemen.11.
Op 22 september 2009 voerde de politie een intake-gesprek met [slachtoffer 1]. Zij verklaarde dat zij in Marokko met [verdachte] was getrouwd. Ongeveer een jaar later kwam [verdachte] haar ophalen om samen naar Nederland te gaan. Zij moest van [verdachte] als hoer op het Zandpad werken. Zij werd veel door hem geslagen en moest haar geld afstaan. Zij heeft vaak met blauwe plekken op haar lijf en in haar gezicht op het Zandpad gewerkt. [verdachte] heeft een nieuwe vriendin. Zij heet [slachtoffer 2]. [slachtoffer 2] heeft een keer controle gehad van de politie en sindsdien wil ze bij [verdachte] weg. [verdachte] had tegen [slachtoffer 1] gezegd dat hij het hele gesprek met de politie heeft kunnen volgen, omdat [slachtoffer 2] van hem de telefoon aan moest laten. [slachtoffer 2] moest ook al haar geld aan Laïti afgeven.12.
Op 10 februari 2010 deed [slachtoffer 1] (geboren op 1 juli 1981 in Marokko) aangifte tegen de verdachte. Verdachte zou haar gedwongen hebben om in de prostitutie te werken op de Wallen in Amsterdam en op het Zandpad in Utrecht. Ook moest zij het door haar verdiende geld aan verdachte afstaan. Zij verklaarde onder meer dat ze verdachte in Marokko heeft ontmoet. Ze zijn getrouwd. Enige tijd later is ze naar Nederland gegaan. Ze ging wonen bij haar schoonmoeder. Ook heeft ze met verdachte in Bilthoven gewoond. Verdachte sloeg haar vanaf het begin dat ze in Nederland was. Ook werd ze door verdachte bedreigd. [slachtoffer 1] was bang voor de verdachte. Verdachte bracht haar naar Amsterdam. Ze moest eerst kijken. Ze zag blote meiden achter een raam. [slachtoffer 1] was toen net achttien. Ook moest [slachtoffer 1] kijken op het Zandpad in Utrecht. Van verdachte moest [slachtoffer 1] werken. Zij moest seks hebben met mannen voor geld. Ze had hier een rot gevoel over, maar ze werd gedwongen. Ze was bang. Als ze niet zou werken, zou ze klappen krijgen. Verdachte leerde haar wat ze moest zeggen en hoe ze in gebaren pijpen en neuken kon aangeven. Ook deed hij met een banaan voor hoe ze een condoom om moest doen. Toen ze 18 of 19 was, bracht verdachte haar naar Utrecht. Het verdiende geld gaf [slachtoffer 1] aan verdachte. Ook als ze ongesteld was moest ze werken. Van verdachte kreeg ze een spons. Als zij niet genoeg geld verdiende, werd ze geslagen. Ook kreeg ze drugs van de verdachte. Door het gebruik van drugs was het voor haar makkelijker om te werken. Verdachte bracht haar naar het werk. ’s Avonds gebruikte ze samen met de verdachte drugs. Ze ging niet bij de verdachte weg omdat ze bang voor hem was en ook met hem getrouwd was. Ze ging wel eens naar familie van de verdachte, maar na een tijdje ging ze weer terug naar de verdachte. Vanaf haar 19e heeft [slachtoffer 1] gewerkt in Utrecht. Ook toen verdachte gedetineerd raakte, moest [slachtoffer 1] werken. Hij bedreigde haar en verdachte was nog steeds met [slachtoffer 1] getrouwd.
[slachtoffer 1] is een keer met behulp van een klant naar Spanje gevlucht. Zij was boos. Zij moest elke maand € 3.000 betalen voor de huur van een restaurant van de verdachte.
[slachtoffer 1] heeft littekens bij haar wenkbrauwen. Ook heeft ze haar neus gebroken. Daar kreeg ze klappen op. Ook toen haar been was gebroken, moest ze werken. Zij heeft ook gewerkt toen ze bij haar wenkbrauwen hechtingen had. In 2006 is zij voor de Nederlandse wet gescheiden van verdachte. Voor de Marokkaanse wet is zij 6 maanden voor de komst naar Nederland van [slachtoffer 2] gescheiden.
Zij is een keer naar Houten gegaan en zag toen dat [slachtoffer 2] in elkaar was geslagen. Ze zag dat [slachtoffer 2] helemaal kapot was. Zij heeft gezien dat verdachte [slachtoffer 2] sloeg. [slachtoffer 2] zei tegen [slachtoffer 1] dat ze niet wilde werken en ze ging geen geld geven. Verdachte wilde geld en [slachtoffer 2] moest werken. [slachtoffer 2] werkte toen al op het Zandpad. [slachtoffer 2] had blauwe plekken en mocht vervolgens niet naar het werk, omdat andere mensen en de politie dan die blauwe plekken zouden zien. [slachtoffer 1] moest wel aan het werk als zij letsel had, [slachtoffer 2] hoefde dat niet. [slachtoffer 1] is gestopt met werken in 2008. Zij was toen zwanger.13.
Verbalisant [verbalisant] heeft verklaard dat hij in december 2006 werd gebeld door [slachtoffer 1]. [slachtoffer 1] was hevig geëmotioneerd en in paniek. Zij vertelde dat ze niet meer terugging naar de [adres 1] (de woning van de broer van de verdachte). Zij was bang voor represailles van de familie [verdachte]. Een aantal dagen later werd hij weer gebeld door [slachtoffer 1]. [slachtoffer 1] vertelde dat ze naar Spanje was gevlucht.14.
Op 31 mei 2010 is [getuige 4] gehoord door de politie. Hij heeft [naam] (werknaam van [slachtoffer 1]) op het Zandpad in Utrecht leren kennen. Tot aan 2007 heeft hij haar een aantal keren bezocht. In die periode heeft hij wel gezien dat [naam] blauwe plekken op haar lichaam had. Hij heeft dit meerdere keren gezien. [getuige 4] heeft [naam] naar [naam 1] (werknaam van [getuige 5] die eveneens als prostituee op het Zandpad werkte) gebracht in Amsterdam op de dag dat [naam] naar Spanje vluchtte. [getuige 4] herinnerde zich dat [naam] voor haar vlucht naar Spanje bij [naam 1] woonde, omdat ze bang was voor haar ex (het hof begrijpt: verdachte). De rode draad in de verhalen van [naam] is dat het voor haar vreselijk is geweest met haar ex-man en schoonfamilie. [naam] heeft [getuige 4] verteld dat ze werd geslagen, werd gedwongen te werken en haar geld moest afstaan. Na haar vlucht heeft [getuige 4] [naam] nog een paar keer gesproken. Ook heeft hij haar ontmoet in Benidorm. Zij had toen geen cent te makken. [naam] kon niet terug naar Nederland vanwege haar ex. Zij wilde wel terug om te werken als prostituee. [naam] heeft [getuige 4] verteld dat ze geslagen werd door haar ex-man en zijn familieleden.15.
[getuige 4] is op 8 december 2010 bij de rechter-commissaris gehoord. Hij vond dat [slachtoffer 1] was achtergebleven in haar emotionele en algemene ontwikkeling. Hij vond haar een kind, althans iemand waarvan de ontwikkeling is blijven steken op het niveau van een kind tussen de zes en veertien jaar. Ze sprak gebrekkig Nederlands. Ze pakte weinig Nederlands op. Ze wist ook weinig over Nederland. [slachtoffer 1] verzorgde zich slecht en ze had soms blauwe plekken. Elke keer als [getuige 4] er was had ze wel een blauwe plek. De periode van [slachtoffer 1] moet je volgens [getuige 4] verdelen in twee periodes, namelijk de periode tot ze naar Spanje ging en de periode er na. [getuige 4] heeft [slachtoffer 1] een keer naar Schiphol gebracht. [slachtoffer 1] vluchtte. Omdat ze geen geld had, heeft [getuige 4] tickets voor haar betaald. [slachtoffer 1] haar werk was haar leven, omdat ze verder geen leven had.16.
[getuige 5] is op 22 juni 2010 door de politie gehoord. Zij heeft ongeveer vanaf 2004 tot en met 2006 op het Zandpad gewerkt. Haar werknaam was [naam 1]. Zij leerde een vrouw met de naam [naam] kennen. Op het Zandpad was bekend dat de man van [naam] haar pooier was. Haar man was van Marokkaanse afkomst. Zij heeft gezien dat [naam] aan het werk was, terwijl ze haar voet in het gips had. [naam] had haar verteld dat ze uit het raam van de woning was gesprongen omdat ze bang was voor haar man. [getuige 5] weet dat [naam] slecht door haar man werd behandeld. Zij hoorde dat van [naam]. Zij heeft een keer gezien dat [naam] blauwe plekken in haar gezicht had. Ongeveer vier jaar geleden kwam [naam] huilend naar [getuige 5] toe. Ze was overstuur en huilde. Ze had ruzie met haar man. Ze wilde weg maar had geen slaapplaats. Op verzoek van [naam] is [getuige 4], een bekende klant van het Zandpad, gebeld. Hij is toen ook gekomen. In de dagen dat [naam] bij haar was, vertelde [naam] dat zij door haar man geslagen werd als ze niet genoeg uren voor hem werkte. Ook zou hij van haar al het verdiende geld afpakken. [getuige 4] heeft een vliegticket naar Spanje voor [naam] gekocht. [naam] vluchtte voor haar man. Een week nadat [naam] naar Spanje was vertrokken, kwam de man van [naam] bij [getuige 5] binnen lopen. Hij zei dat [getuige 5] zich niet met zijn zaken moest bemoeien.17.
Op 22 maart 2007 had [getuige 6] een gesprek met verbalisanten. Zij verklaarde dat ze getrouwd was geweest met [verdachte]. Samen hebben ze een dochter [naam dochter]. Zij is bang voor [verdachte], omdat hij haar bedreigd heeft. Zij weet niet of ze aangifte wil doen. Ook vertelde ze dat [verdachte] een andere relatie heeft gehad met een vrouw. Deze vrouw is ondergedoken voor [verdachte] omdat zij door hem werd gedwongen in de prostitutie te werken.18.
Op 23 november 2010 is [getuige 6] bij de rechter-commissaris gehoord. Zij is een aantal jaren getrouwd geweest met de verdachte. In 1996 zijn ze gescheiden. Gedurende haar relatie met de verdachte heeft ze in de prostitutie gewerkt. Ze leefden er allebei van. In de relatie kwam geweld voor. Er vielen wel eens klappen. [getuige 6] is twee keer bij de huisarts geweest voor een gekneusde pols als gevolg van een vechtpartij met verdachte.19.
Op 21 april 2010 is [getuige 7] gehoord. Hij heeft verklaard dat hij ongeveer 2,5 jaar geleden voor het eerst contact heeft gehad met [slachtoffer 1]. Dat was op het Zandpad in Utrecht. [slachtoffer 1] vertelde hem dat ze getrouwd was geweest met [verdachte] die haar liet werken als prostituee. Ook vertelde ze hem dat ze door [verdachte] was mishandeld. Tijdens een ruzie was zij van een balkon afgesprongen. Ondanks het feit dat haar benen in het gips waren, moest ze toch werken als prostituee op het Zandpad. [getuige 7] heeft littekens bij [slachtoffer 1] gezien, namelijk in haar gezicht en op haar rug. [slachtoffer 1] vertelde dat die verwondingen door haar ex-man waren toegebracht. Haar neus was gebroken geweest. [slachtoffer 1] had hem verteld dat haar ex-man haar een gebroken neus had geslagen na een woordenwisseling. Al deze verwondingen waren aan [slachtoffer 1] toegebracht, voordat [getuige 7] [slachtoffer 1] leerde kennen.20.
Op 3 juni 2010 is [getuige 8] gehoord. Hij heeft informatie verstrekt over het medisch dossier van [slachtoffer 1]. Hij verklaarde dat [slachtoffer 1] op 15 mei 2005 met een ambulance naar het ziekenhuis was gebracht. Volgens het verslag was [slachtoffer 1] vanuit een flatwoning naar beneden gesprongen. [slachtoffer 1] had een breuk in haar rechterenkel. Zij heeft een gips spalk gekregen. Daarna heeft ze rondom gips gekregen, zodat ze beter kon lopen.
Op 20 november 2004 is [slachtoffer 1] eveneens in het ziekenhuis geweest. Zij had toen een wond op haar voorhoofd die doorliep tot haar rechter wenkbrauw. De wond is gehecht.21.
In de gegevens van het Huiskamer Aanloopproject Prostituees (HAP) worden vanaf 2001 meldingen gemaakt over [diverse voornamen]. Op een formulier van 10 juni 2005 staat vermeld dat [naam] haar been in het gips heeft. Op een formulier van 26 november (waarbij het jaartal niet goed leesbaar is) staat vermeld dat [naam] (een Marokkaanse) hechtingen boven haar oog had en dat haar oog dik en blauw was geweest. Daarachter staat: ‘conflict met man gehad, 7 jaar mee getrouwd, slaapt nu bij schoonmoeder, zoekt andere woning’.22.
Op 28 juni 2010 hebben verbalisanten een gesprek gehad met twee artsen van het Huiskamer Aanloopproject te Utrecht. De artsen vertelden dat [slachtoffer 1] de afgelopen 10 jaar voor consult bij hen was geweest. [slachtoffer 1] had de artsen verteld dat zij door haar man 9 jaar stelselmatig was mishandeld. Een van de artsen vertelde dat [slachtoffer 1] bij haar op het spreekuur was geweest met een vieze gehechte wond bij haar wenkbrauw voor het verwijderen van hechtingen. [slachtoffer 1] verklaarde dat zij toen veel hoofdpijn had, maar dat ze van [verdachte] moest blijven doorwerken.23.
Verdachte heeft tijdens de zitting van de rechtbank op 7 maart 2011 onder meer verklaard dat hij vanaf 1998 tot en met 2006 getrouwd is geweest met [slachtoffer 1]. Verdachte is met [slachtoffer 1] in Marokko getrouwd toen zij 16 was. [slachtoffer 1] sprak in het begin geen Nederlands. In het Arabisch kon zij ook niet lezen en schrijven. Volgens verdachte was ze 19 toen ze in Amsterdam begon met werken. Verdachte heeft haar wel eens naar Amsterdam en Utrecht gebracht en/of gehaald.
Op 22 april 2009 is verdachte getrouwd met [slachtoffer 2]. Vanaf de zomer van 2008 had hij een relatie met haar. Ook [slachtoffer 2] heeft gewerkt in de prostitutie. Verdachte heeft met [slachtoffer 2] samengewoond op zijn adres [adres 1] 55 in Houten. Vanaf 9 juli 2009 stond [slachtoffer 2] op dat adres ingeschreven. Verdachte heeft [slachtoffer 2] naar het werk gebracht.24.
Tijdens de zitting van het hof op 7 oktober 2013 heeft verdachte verklaard – nadat de voorzitter verdachte had voorgehouden dat hij in de maand waarin [slachtoffer 2] in Nederland was gearriveerd met haar gezien is in het prostitutiegebied in Amsterdam – dat dat zou kunnen. Voorts heeft de verdachte verklaard dat hij met [slachtoffer 1] een gezamenlijke huishouding voerde en dat [slachtoffer 2] onder meer de helft van de huur van de woning betaalde.25.
Volgens een proces-verbaal van bevindingen blijkt dat aan [slachtoffer 1] een visum is afgegeven dat geldig was vanaf 26 augustus 1999 en dat zij op 30 augustus 1999 met het vliegtuig in Brussel is aangekomen.26.
Oordeel hof
Feiten 3 en 4
Niet is betwist dat [slachtoffer 1] verdachte in Marokko heeft ontmoet, met hem is getrouwd en naar Nederland is gekomen toen zij nog jong was (18 jaar), analfabete was (en is) en gedurende haar huwelijk met de verdachte in de prostitutie heeft gewerkt. Ook is niet betwist dat verdachte toen met [slachtoffer 1] een gezamenlijk huishouding voerde en hij dus geprofiteerd moet hebben van de inkomsten van [slachtoffer 1]. Het profiteren van de inkomsten van de partner die werkzaam is in de prostitutie levert op zich nog niet een situatie van uitbuiting op. Dit is wel het geval als die partner wordt gedwongen te werken en/of het geld af te staan.
Aangeefster [slachtoffer 1] heeft verklaard dat ze door verdachte gedwongen werd in de prostitutie te werken. Als ze niet wilde werken werd ze geslagen en als ze niet genoeg geld verdiende, werd ze ook geslagen. Als de verklaring van [slachtoffer 1] klopt, is sprake van een uitbuitingssituatie en heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan mensenhandel.
Verdachte heeft ontkend [slachtoffer 1] te hebben mishandeld en haar tot prostitutie en de afgifte van geld te hebben gedwongen. Namens de verdachte is betoogd dat de door [slachtoffer 1] afgelegde verklaringen onbetrouwbaar zijn.
Hoewel de verklaringen van [slachtoffer 1] niet op alle punten geloofwaardig zijn, is het hof niet van oordeel dat de verklaringen van [slachtoffer 1] in zijn geheel onbetrouwbaar zijn. Dat [slachtoffer 1] door de verdachte werd mishandeld vindt voldoende steun in ander bewijsmateriaal. Ook blijkt voldoende uit ander bewijsmateriaal dat [slachtoffer 1] uit angst voor de verdachte eind 2006 is gevlucht naar Spanje.
Op 20 november 2004 is [slachtoffer 1] in het ziekenhuis geweest, omdat ze een hoofdwond had. Die hoofdwond is toen gehecht. In het HAP-dossier wordt vermeld dat [slachtoffer 1] toen een conflict met haar man had met wie ze 7 jaar was getrouwd en dat ze op zoek was naar een andere woning. De HAP-arts heeft de wond gezien. [slachtoffer 1] heeft toen gezegd dat ze hoofdpijn had, maar dat ze van verdachte moest blijven doorwerken.
[getuige 5] en [getuige 4] hebben blauwe plekken gezien bij [slachtoffer 1] en [getuige 7] heeft littekens gezien bij [slachtoffer 1]. Tegen alle drie heeft [slachtoffer 1] verteld dat ze mishandeld werd door verdachte. Tegen [getuige 4] heeft [slachtoffer 1] verteld dat ze door verdachte gedwongen werd om te werken en haar geld af te staan. Tegen [getuige 5] heeft [slachtoffer 1] verteld dat zij door verdachte geslagen werd als zij niet genoeg uren voor hem werkte en dat hij haar geld afpakte. Tegen [getuige 7] heeft [slachtoffer 1] gezegd dat verdachte haar liet werken als prostituee. [getuige 4] en [getuige 5] hebben [slachtoffer 1] eind 2006 helpen vluchten naar Spanje en zijn getuige geweest van de angst die [slachtoffer 1] toen had voor de verdachte. In maart 2007 heeft [getuige 6], ook een ex-vrouw van de verdachte en moeder van zijn dochter, verklaard dat verdachte een relatie heeft gehad met een andere vrouw en dat die vrouw voor hem is ondergedoken omdat hij haar verplichtte in de prostitutie te werken. Gelet op de andere verklaringen kan het niet anders zijn dat [getuige 6] met die vrouw [slachtoffer 1] bedoelde. Daarnaast is de verklaring die [getuige 6] bij de rechter-commissaris heeft afgelegd redengevend, omdat daaruit volgt dat geweld tegen de echtgenote voor de verdachte geen wezensvreemd fenomeen is (geweest).
Verder acht het hof de verklaring van [slachtoffer 2] voor de feiten 3 en 4 redengevend voor zover zij heeft verklaard dat zij van verdachte hoorde dat [slachtoffer 1] € 1.000 per dag voor hem verdiende.
Gelet op de verklaringen van de HAP-artsen, van de getuigen [getuige 4], [getuige 5] en [getuige 7] over het bij [slachtoffer 1] geconstateerde letsel en hetgeen zij hebben gehoord van [slachtoffer 1] over de mishandelingen door verdachte mede in verband met de dwang om te werken en het geld af te staan en de verklaring van [slachtoffer 2] over wat de verdachte haar vertelde over de verdiensten van [slachtoffer 1] voor hem, staat voor het hof voldoende vast dat [slachtoffer 1] in de periode oktober 2000 tot en met 2006 door de verdachte is uitgebuit.
Het feit dat is gebleken dat [slachtoffer 1] in 2006 een aanzienlijk bedrag (ruim € 13.000) naar Marokko en Spanje via Money transfers heeft overgemaakt, leidt niet tot de conclusie dat in 2006 van een uitbuitingssituatie geen sprake geweest kan zijn. Ook in geval de dwang tot afgifte van het geld betrekking heeft op slechts een gedeelte van de inkomsten, is sprake van een uitbuitingssituatie. Gelet op de hierboven genoemde verklaringen en de omstandigheid dat niet is uit te sluiten en zelfs aannemelijk is dat het door [slachtoffer 1] naar het buitenland overgemaakte geld slechts een (klein) gedeelte van haar verdiensten in 2006 betreft, is het hof van oordeel dat verdachte ook in 2006 [slachtoffer 1] heeft uitgebuit.
Onvoldoende is gebleken dat [slachtoffer 1] toen zij terug kwam uit Spanje in 2007, terwijl zij inmiddels (volgens de Nederlandse wet) van verdachte was gescheiden en niet meer bij verdachte woonde, nog onder zodanige invloed en druk van de verdachte stond dat bewezen kan worden verklaard dat verdachte [slachtoffer 1] in de periode van 2007 tot en met 2010 heeft uitgebuit. Het hof zal de verdachte van die periode vrijspreken.
Tegenover de door de verdediging genoemde verklaringen van getuigen waaruit zou kunnen blijken dat [slachtoffer 1] het prostitutiewerk met plezier deed, staat de verklaring van [getuige 4], die heeft verklaard dat het prostitutiewerk het leven van [slachtoffer 1] was, omdat ze verder geen leven had. Het hof voegt daaraan toe dat een uitbuitingssituatie ook kan bestaan als de prostituee geen zichtbare hekel heeft aan het werk, er het beste van probeert te maken, of bijvoorbeeld langer moet werken dan ze wil, ook op tijdstippen moet werken wanneer ze geen zin heeft in het werk en/of verplicht wordt (een deel van) haar geld af te staan Voor het hof staat gelet op de bovengenoemde verklaringen voldoende vast dat [slachtoffer 1] in de bewezen verklaarde periode gedwongen is geweest meer uren te werken dan ze wilde en verplicht werd een deel van haar geld af te staan.Tenslotte staat de omstandigheid dat [slachtoffer 1] in de bewezenverklaarde periode een aantal malen naar het buitenland is gereisd aan een bewezenverklaring niet in de weg, omdat de mogelijkheid zich aan een uitbuitingssituatie te onttrekken, de uitbuitingssituatie niet uitsluit.
Feit 5
Verdachte heeft verklaard dat hij [slachtoffer 2] niet heeft gedwongen in de prostitutie te werken. Verdachte wilde zelfs liever niet dat ze zich prostitueerde, maar zij zette door omdat ze graag wilde. Reeds in Marokko had [slachtoffer 2] zich al via internet verdiept in de Nederlandse prostitutiewereld.
Naar het oordeel van het hof is de verklaring van [slachtoffer 2] die zij op 10 november 2009 heeft afgelegd op veel essentiële punten betrouwbaar. Zij heeft niet alleen spontaan en gedetailleerd verklaard, maar ook controleerbaar. Zo heeft ze bijvoorbeeld uitgebreid over de rol van [getuige 1] verklaard die tot dan toe bij de politie niet in beeld was. Zij heeft ook uitgebreid verklaard over het ontstaan van de relatie met verdachte, welke inspanningen er zijn verricht om haar naar Nederland te laten reizen en om zo snel mogelijk te trouwen. Aan de hand van de verklaring van [slachtoffer 2] is door de politie nader onderzoek verricht en veel van wat ze had verklaard bleek te kloppen.
In verband met het tenlastegelegde is van belang dat uit de verklaring van de verdachte, zoals afgelegd ter zitting van het hof op 7 oktober 2013 en het proces-verbaal van bevindingen van 30 maart 2010 blijkt dat, zoals verklaard door [slachtoffer 2], reeds kort na de aankomst van [slachtoffer 2] in Nederland, verdachte haar kennis heeft laten maken met de Nederlandse prostitutiewereld.
De verklaring van [slachtoffer 2] dat verdachte haar het vak leerde door onder meer een rollenspel te spelen, vindt bevestiging in de verklaringen van de buren van de verdachte die verklaren over het gedrag van de verdachte nadat hij seks had gehad met [slachtoffer 2]. Hij zou dan steeds op een dwingende toon en met stemverheffing tegen haar hebben gesproken.
Uit de vondst van de openstaande telefoon in de werkkamer van [slachtoffer 2] door de politie blijkt de behoefte van verdachte om controle te houden over de situatie.
Dat [slachtoffer 2] wel eens werd geslagen door de verdachte wordt bevestigd door [slachtoffer 1] die dat een keer heeft waargenomen. Dat die mishandeling verband hield met het gedwongen werken en de verplichting om geld af te staan wordt eveneens bevestigd door [slachtoffer 1]. Het hof sluit niet uit dat [slachtoffer 2] het aantal en de ernst van de mishandelingen door de verdachte heeft overdreven, mede gelet op het aantal malen waarin zij in de tenlastegelegde periode contact had met een arts of een politieagent in combinatie met het gegeven dat die personen geen letsel hebben waargenomen. Het hof gaat er wel van uit dat [slachtoffer 2] één of enkele keren is mishandeld door de verdachte, mede gelet op de verklaring van [slachtoffer 1].
Gelet op de bovengenoemde verklaringen van [slachtoffer 2], die op wezenlijke onderdelen worden ondersteund door ander bewijsmateriaal, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in de periode 11 juni 2009 tot 10 november 2009 [slachtoffer 2] heeft uitgebuit.
Het hof acht eveneens bewezen dat verdachte reeds voordat [slachtoffer 2] in Nederland arriveerde, het plan had [slachtoffer 2] als prostituee te laten werken. Het hof leidt dit af uit 1) de omstandigheid dat verdachte reeds vóór de aankomst van [slachtoffer 2] in Nederland de schijn heeft willen wekken dat niet hij maar een ander er voor zorg droeg dat [slachtoffer 2] naar Nederland kwam, 2) het feit dat [slachtoffer 2] door toedoen van de verdachte ongeveer twee maanden na haar aankomst al in de prostitutie werkzaam was en 3) het feit dat al snel naar haar aankomst verdachte [slachtoffer 2] liet kennismaken met de Nederlandse prostitutiewereld. Tenslotte acht het hof in dit verband van belang dat verdachte al jaren gewend was om te profiteren van de opbrengsten uit de prostitutiewerkzaamheden van de vrouw met wie hij was getrouwd en dat de bron in 2008 en begin 2009 – door de scheiding van verdachte met [slachtoffer 1] en haar vlucht – was opgedroogd. Met zijn huwelijk met [slachtoffer 2], haar komst naar Nederland en haar kennismaking met de Nederlandse prostitutiewereld kort na haar aankomst, heeft verdachte een voor hem vertrouwde bron van inkomsten willen aanboren en ook daadwerkelijk aangeboord.
Bewezenverklaring
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging verkregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het onder 3, 4 en 5 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
3.
hij op een (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van ongeveer 01 oktober 2000 tot en met 31 december 2004 te Utrecht en/of Bilthoven, althans in het arrondissement Utrecht, in elk geval in Nederland,
(telkens)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een persoon, genaamd [slachtoffer 1],
(sub 1) door geweld of één of meer andere feitelijkheden of door bedreiging met geweld of bedreiging met één of meer andere feitelijkheden heeft gedwongen of door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of door misleiding heeft bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met (of voor) een derde tegen betaling of onder voornoemde omstandigheden enige handeling heeft ondernomen waarvan verdachte wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor tot het verrichten van die (seksuele) handelingen beschikbaar stelde en/of
(sub 4) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit seksuele handelingen van een ander, genaamd [slachtoffer 1], met (of voor) een derde tegen betaling (naar het hof begrijpt) terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich onder de sub 1 genoemde omstandigheden zich beschikbaar stelde tot het plegen van die handelingen en/of
(sub 6) die [slachtoffer 1] -naar het hof begrijpt: met één van de in sub 1 genoemde (dwang)middelen- heeft bewogen hem, verdachte en/of zijn mededader(s), uit de opbrengst van zijn of haar seksuele handelingen met (of voor) een derde te bevoordelen,
(sub 1 (het hof begrijpt: en sub 4 en 6)) bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of bedreiging met die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bovenomschreven misbruik en/of misleiding hieruit dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 1], en/of
- die [slachtoffer 1] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben voorgehouden dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de gezamenlijke toekomst van haar en verdachte, en/of dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de aanschaf van gezamenlijke spullen/voorwerpen, en/of
- die [slachtoffer 1] telkens heeft/hebben gezegd dat hij, verdachte (en/of zijn mededader(s)), zich in de schulden had/hadden gestoken om haar naar Nederland te halen en/of dat die [slachtoffer 1] (derhalve) voor hem, verdachte (en/of zijn mededader(s)) in de prostitutie geld moesten gaan verdienen, en/of
- de verblijfs- en/of identiteitsdocumenten en/of overige (officiële) papieren en/of documenten van die [slachtoffer 1] (tijdelijk) heeft/hebben afgepakt, en/of
- die [slachtoffer 1] meermalen (met kracht) (met zijn, verdachtes, vuist(en) en/of met behulp van voorwerpen) op/tegen haar, [slachtoffer 1]’s, gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of (elders) (met kracht) op/tegen het (boven)lichaam van die [slachtoffer 1] heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of
- die [slachtoffer 1] diverse malen met een mes haar haar heeft/hebben afgesneden/geschoren, en/of
- die [slachtoffer 1], tegen haar wil, oraal en/of anaal en/of vaginaal heeft/hebben gepenetreerd, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen verdovende middelen te gebruiken, en/of die [slachtoffer 1] verdovende middelen heeft/hebben geleverd en/of die [slachtoffer 1] van verdovende middelen afhankelijk heeft/hebben gemaakt/gehouden, en/of
- die [slachtoffer 1] direct en/of indirect met de dood en/of (zware) mishandeling heeft/hebben bedreigd en/of die [slachtoffer 1] dreigend heeft/hebben voorgehouden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) haar (in Marokko woonachtige) familie zou(den) vermoorden/geweld zou(den) aandoen, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar ouders en of andere familieleden te vertellen dat hun dochter in de prostitutie werkte en/of dat zij niet aan haar echtelijke verplichtingen voldeed, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar verblijfsvergunning/verblijfstitel af te pakken en/of haar (anderszins) naar Marokko terug te sturen, en/of
- die [slachtoffer 1] (herhaaldelijk) heeft/hebben gezegd/voorgehouden dat de politie haar niet zou helpen (waardoor die [slachtoffer 1] geen hulp zocht en/of aangifte deed),
ten gevolge van voorgaande handelingen (en het feit dat die [slachtoffer 1] de Nederlandse taal niet machtig was en/of niet (goed) bekend was in Nederland en/of met de Nederlandse gebruiken) sociaal geïsoleerd werd door verdachte (en/of zijn mededader(s)) en/of die [slachtoffer 1] in een door verdachte en/of zijn mededader(s) gecontroleerde situatie heeft/hebben gehouden, in elk geval een of meer (andere) handelingen heeft/hebben verricht, strekkende tot het brengen en/of houden van die [slachtoffer 1] in een van verdachte en/of zijn mededader(s)
afhankelijke positie, en/of
(sub 1, 4 en 6) hebbende die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- die [slachtoffer 1] voorafgaand en (vervolgens) tijdens haar prostitutiewerkzaamheden
(werk-)instructies heeft/hebben gegeven, en/of
- een (of meer) kamer(s)/ruimte(s) in Utrecht (op het Zandpad) heeft/hebben geregeld, alwaar die [slachtoffer 1] haar prostitutiewerkzaamheden kon/moest verrichten, en/of
- die [slachtoffer 1] naar haar prostitutiewerkplek heeft/hebben gebracht en/of die [slachtoffer 1] van haar prostitutiewerkplek heeft/hebben opgehaald, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gecontroleerd en/of heeft/hebben laten controleren op het moment dat zij, die [slachtoffer 1], als prostituee aan het werk was, en/of
- die [slachtoffer 1] opdracht heeft/hebben gegeven en/of onder druk heeft/hebben gezet en/of ertoe heeft/hebben aangezet en/of gebracht een (zeer) groot aantal dagen (per week), en/of een (zeer) groot aantal uren per dag als prostituee te werken (óók gedurende ziekte en/of zwangerschap en/of ongesteldheid);
- die [slachtoffer 1] een zeer groot deel van haar (prostitutie)verdiensten, althans een aanzienlijk deel daarvan, heeft/hebben afgepakt, althans heeft/hebben laten afgeven aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), althans die [slachtoffer 1] slechts een (zeer) klein deel van die verdiensten heeft/hebben laten behouden;
4.
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van ongeveer 01 januari 2005 tot met 31 december 2006 te Utrecht en/of Bilthoven, in elk geval in Nederland,
(telkens)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een persoon, genaamd: [slachtoffer 1],
(sub 1 (het hof begrijpt: en sub 4 en 9) door (het hof begrijpt: dwang en/of, geweld en/of een andere feitelijkhe(i)d(en) en/of) dreiging met geweld en/of een of meer andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door afpersing en/of door fraude en/of door misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie
(sub 1) heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van uitbuiting van die [slachtoffer 1], en/of
(sub 4) die [slachtoffer 1] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of dienst en/of enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid of diensten, en/of
(sub 6) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [slachtoffer 1],
(sub 9) die [slachtoffer 1] heeft gedwongen dan wel bewogen hem (en/of zijn mededader(s)) te bevoordelen uit de opbrengst van dier seksuele handelingen met of voor een derde, en/of
(het hof begrijpt: sub 1, 4 en 9) bestaande die dwang en/of dat geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die dreiging met geweld en/of die dreiging van die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die afpersing en/of die fraude en/of die misleiding en/of dat misbruik (telkens) hieruit dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 1], en/of
- die [slachtoffer 1] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben voorgehouden dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de gezamenlijke toekomst van haar en verdachte, en/of dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de aanschaf van gezamenlijke spullen/voorwerpen, en/of
- die [slachtoffer 1] telkens heeft/hebben gezegd dat hij, verdachte (en/of zijn mededader(s)), zich in de schulden had/hadden gestoken om haar naar Nederland te halen en/of dat die [slachtoffer 1] (derhalve) voor hem, verdachte (en/of zijn mededader(s)) in de prostitutie geld moesten gaan verdienen, en/of
- de verblijfs- en/of identiteitsdocumenten en/of overige (officiële) papieren en/of-documenten van die [slachtoffer 1] (tijdelijk) heeft/hebben afgepakt, en/of
- die [slachtoffer 1] meermalen (met kracht) (met zijn, verdachtes, vuist(en) en/of met behulp van voorwerp(en)) op/tegen haar, [slachtoffer 1]’s, gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of (elders) (met kracht) op/tegen het (boven)lichaam van die [slachtoffer 1] heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of
- die [slachtoffer 1] diverse malen met een mes haar haren heeft/hebben afgesneden/geschoren, en/of
- die [slachtoffer 1] van een balkon heeft afgeduwd en/of door een open(staande) raam heeft geduwd (ten gevolge waarvan die [slachtoffer 1] haar been heeft gebroken), en/of
- hete/in het vuur verwarmde lepels onder/tegen de voeten/voetzolen van die [slachtoffer 1] heeft/hebben geduwd/gebracht, en/of
- die [slachtoffer 1], tegen haar wil, oraal en/of anaal en/of vaginaal heeft/hebben gepenetreerd, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen verdovende middelen te gebruiken, en/of die [slachtoffer 1] verdovende middelen heeft/hebben geleverd en/of die [slachtoffer 1] van verdovende middelen afhankelijk heeft/hebben gemaakt/gehouden, en/of
- die [slachtoffer 1] direct en/of indirect met de dood en/of (zware) mishandeling heeft/hebben bedreigd en/of die [slachtoffer 1] dreigend heeft/hebben voorgehouden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) haar (in Marokko woonachtige) familie zou(den) vermoorden/geweld zou(den) aandoen, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar ouders en of andere familieleden te vertellen dat hun dochter in de prostitutie werkte en/of dat zij niet aan haar echtelijke verplichtingen voldeed, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gedreigd haar verblijfsvergunning/verblijfstitel af te pakken en/of haar (anderszins) naar Marokko terug te sturen, en/of
- die [slachtoffer 1] (herhaaldelijk) heeft/hebben gezegd/voorgehouden dat de politie haar niet zou helpen (waardoor die [slachtoffer 1] geen hulp zocht en/of aangifte deed),
ten gevolge van voorgaande handelingen (en het feit dat die [slachtoffer 1] de Nederlandse taal niet machtig was en/of niet (goed) bekend was in Nederland en/of met de Nederlandse gebruiken) sociaal geïsoleerd werd door verdachte (en/of zijn mededader(s)) en/of die [slachtoffer 1] in een door verdachte en/of zijn mededader(s) gecontroleerde situatie heeft/hebben gehouden, in elk geval een of meer (andere) handelingen heeft/hebben verricht, strekkende tot het brengen en/of houden van die [slachtoffer 1] in een van verdachte en/of zijn mededader(s) afhankelijke positie, en/of
(sub 1, 4, 6 en 9) hebbende die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- die [slachtoffer 1] voorafgaand en (vervolgens) tijdens haar prostitutiewerkzaamheden (werk) instructies heeft/hebben gegeven, en/of
- een (of meer) kamer(s)/ruimte(s) in Utrecht (op het Zandpad) heeft/hebben geregeld, alwaar die [slachtoffer 1] haar prostitutiewerkzaamheden kon/moest verrichten, en/of
- die [slachtoffer 1] naar haar prostitutiewerkplek heeft/hebben gebracht en/of die [slachtoffer 1] van haar prostitutiewerkplek heeft/hebben opgehaald, en/of
- die [slachtoffer 1] heeft/hebben gecontroleerd en/of heeft/hebben laten controleren op het moment dat zij, die [slachtoffer 1], als prostituee aan het werk was, en/of
- die [slachtoffer 1] opdracht heeft/hebben gegeven en/of onder druk heeft/hebben gezet en/of ertoe heeft/hebben aangezet en/of gebracht een (zeer) groot aantal dagen (per week), en/of een (zeer) groot aantal uren per dag als prostituee te werken (óók gedurende ziekte en/of zwangerschap en/of ongesteldheid);
- die [slachtoffer 1] een zeer groot deel van haar (prostitutie)verdiensten, althans een aanzienlijk deel daarvan, heeft/hebben afgepakt, althans heeft/hebben laten afgeven aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), althans die [slachtoffer 1] slechts een (zeer) klein deel van die verdiensten heeft/hebben laten behouden;
5.
hij op één (of meer) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van ongeveer 01 juli 2008 tot met 10 november 2009 te Marokko, en/of te Brussel, in elk geval in België, en/of te Utrecht en/of Houten, althans in het arrondissement Utrecht, in elk geval in Nederland,
(telkens)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
[slachtoffer 2],
(sub 3) heeft aangeworven, medegenomen of ontvoerd (vanuit Marokko), met het oogmerk die [slachtoffer 2] in een ander land (Nederland) ertoe te brengen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van één of meer seksuele handeling(en) met of voor een derde tegen betaling, hebbende die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s))
- is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 2], en/of
- voor die [slachtoffer 2] een aanvraag machtiging voorlopig verblijf (MVV) bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) heeft/hebben ingediend, en/of
- voor/aan die [slachtoffer 2] een vliegticket heeft/hebben geregeld en/of verstrekt, en/of
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben begeleid op haar reis van Marokko naar Brussel (Belgie) en/of Utrecht (Nederland), en/of
- die [slachtoffer 2] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht, en/of
en/of
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
[slachtoffer 2],
(sub 1 (het hof begrijpt: en sub 4 en 9) door (het hof begrijpt: dwang en/of geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of) dreiging met geweld en/of een of meer andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door afpersing en/of door fraude en/of door misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie
(sub 1) heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, (telkens) met het oogmerk van uitbuiting van die [slachtoffer 2], en/of
(sub 4) die [slachtoffer 2] heeft gedwongen of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of dienst en/of enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid of diensten, en/of
(sub 6) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [slachtoffer 2], en/of
(sub 9) die [slachtoffer 2] heeft gedwongen dan wel bewogen hem (en/of zijn mededader(s)) te bevoordelen uit de opbrengst van dier seksuele handelingen met of voor een derde,
(het hof begrijpt: sub 1, 4 en 9) bestaande die dwang en/of dat geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die dreiging met geweld en/of die dreiging van die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die afpersing en/of die fraude en/of die misleiding en/of dat misbruik (telkens) hieruit dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- is/zijn gehuwd en/of een (liefdes)relatie is/zijn aangegaan en/of heeft/hebben onderhouden met die [slachtoffer 2], en/of
- die [slachtoffer 2] op zijn, verdachtes, woon- en/of verblijfadres(sen) en/of op (een) adres(sen) van zijn, verdachtes, familielid/-leden) heeft/hebben ondergebracht, en/of
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben voorgehouden dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de gezamenlijke toekomst van haar en verdachte, en/of dat de verdiensten van haar prostitutiewerkzaamheden (deels) gebruikt zouden worden voor de aanschaf van gezamenlijke spullen/voorwerpen, en/of
- die [slachtoffer 2] telkens heeft/hebben gezegd dat hij, verdachte (en/of zijn mededader(s)), zich in de schulden had/hadden gestoken om haar naar Nederland te halen en/of dat die [slachtoffer 2] (derhalve) voor hem, verdachte (en/of zijn mededader(s)) in de prostitutie geld moesten gaan verdienen, en/of
- de verblijfs- en/of identiteitsdocumenten en/of overige (officiële) papieren en/of-documenten van die [slachtoffer 2] (tijdelijk) heeft/hebben afgepakt, en/of
- die [slachtoffer 2] meermalen (met kracht) (met zijn, verdachtes, vuist(en)) op/tegen haar, [slachtoffer 2]’s, gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of (elders) (met kracht) op/tegen het (boven)lichaam van die [slachtoffer 2] heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of
- de keel van die [slachtoffer 2] (met kracht) heeft dichtgedrukt/dichtgehouden
- die [slachtoffer 2], tegen haar wil, oraal en/of anaal en/of vaginaal heeft/hebben gepenetreerd, en/of
- die [slachtoffer 2] direct en/of indirect met de dood en/of (zware) mishandeling heeft/hebben bedreigd en/of die [slachtoffer 2] dreigend heeft/hebben voorgehouden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) haar (in Marokko woonachtige) familie zou(den) vermoorden/geweld zou(den) aandoen,
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben gedreigd haar ouders en of andere familieleden te vertellen dat hun dochter in de prostitutie werkte en/of dat zij niet aan haar echtelijke verplichtingen voldeed, en/of
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben gedreigd haar verblijfsvergunning en/of verblijfstitel af te pakken en/of haar (anderszins) naar Marokko terug te sturen, en/of
- die [slachtoffer 2] (herhaaldelijk) heeft/hebben gezegd/voorgehouden dat de politie haar niet zou helpen (waardoor die [slachtoffer 1] geen hulp zocht en/of aangifte deed),
ten gevolge van voorgaande handelingen (en het feit dat die [slachtoffer 2] de Nederlandse taal niet machtig was en/of niet (goed) bekend was in Nederland en/of met de Nederlandse gebruiken) sociaal geïsoleerd werd door verdachte (en/of zijn mededader(s)) en/of die [slachtoffer 2] in een door verdachte en/of zijn mededader(s) gecontroleerde situatie heeft/hebben gehouden, in elk geval een of meer (andere) handelingen heeft/hebben verricht, strekkende tot het brengen en/of houden van die [slachtoffer 2] in een van verdachte en/of zijn mededader(s) afhankelijke positie,
en/of
(sub 1, 4, 6 en 9) hebbende die handeling(en) hieruit hebben bestaan dat verdachte (en/of zijn mededader(s)) (telkens) (meermalen)
- die [slachtoffer 2] voorafgaand en (vervolgens) tijdens haar prostitutiewerkzaamheden (werk-)instructies heeft/hebben gegeven, en/of
- een (of meer) kamer(s)/ruimte(s) in Utrecht (op het Zandpad) heeft/hebben geregeld, alwaar die [slachtoffer 2] haar prostitutiewerkzaamheden kon/moest verrichten, en/of
- die [slachtoffer 2] naar haar prostitutiewerkpiek heeft/hebben gebracht en/of die [slachtoffer 2] van haar prostitutiewerkplek heeft/hebben opgehaald, en/of
- die [slachtoffer 2] heeft/hebben gecontroleerd en/of heeft/hebben laten controleren op het moment dat zij, die [slachtoffer 2], als prostituee aan het werk was (bijvoorbeeld middels een open lijn op een mobiele telefoon), en/of
- die [slachtoffer 2] opdracht heeft/hebben gegeven en/of onder druk heeft/hebben gezet en/of ertoe heeft/hebben aangezet en/of gebracht een (zeer) groot aantal dagen (per week), en/of een (zeer) groot aantal uren per dag als prostituee te werken (óók gedurende ziekte en/of ongesteldheid),
- die [slachtoffer 2] een zeer groot deel van haar (prostitutie)verdiensten, althans een aanzienlijk deel daarvan, heeft/hebben afgepakt, althans heeft/hebben laten afgeven aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), althans die [slachtoffer 2] slechts een (zeer) klein deel van die verdiensten heeft/hebben laten behouden;
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 3 bewezen verklaarde levert op:
Een ander door geweld en bedreiging met geweld dwingen en door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht bewegen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met (of voor) een derde tegen betaling
en
opzettelijk voordeel trekken uit seksuele handelingen van een ander met (of voor) een derde tegen betaling, terwijl hij weet of rederlijkwijs moet vermoeden dat die ander zich onder de in artikel 250a eerste lid aanhef en onder 1 van het Wetboek van Strafrecht genoemde omstandigheden beschikbaar stelt tot het plegen van die handelingen
en
die ander door geweld en bedreiging met geweld dwingt en door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht beweegt hem uit de opbrengst van de seksuele handelingen van die ander met (of voor) een derde te bevoordelen.
Het onder 4 bewezen verklaarde levert op:
Mensenhandel.
Het onder 5 bewezen verklaarde levert op:
Mensenhandel, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
en
Mensenhandel.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte wordt veroordeeld ter zake van het onder 2 tot en met 6 tenlastegelegde tot een gevangenisstraf van acht jaren.
De rechtbank Utrecht heeft de verdachte ter zake van de feiten 2 tot en met 6 veroordeeld tot acht jaren gevangenisstraf.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld ter zake van de feiten 2 tot en met 6 tot de straf zoals opgelegd door de rechtbank.
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft gedurende een periode van ongeveer zes jaar [slachtoffer 1] uitgebuit en gedurende een periode van vijf maanden [slachtoffer 2]. Verdachte was getrouwd met [slachtoffer 1] en gedurende dat huwelijk heeft hij door middel van onder meer geweld [slachtoffer 1] gedwongen in de prostitutie te werken en het door haar verdiende geld (voor een deel) aan hem af te staan. Na zijn scheiding van [slachtoffer 1], is verdachte in Marokko op zoek gegaan naar een nieuwe bron van inkomsten. Verdachte trouwde met [slachtoffer 2] en hij zorgde er voor dat ze naar Nederland kwam. In Nederland heeft hij [slachtoffer 2] overgehaald in de prostitutie te gaan werken. Ook heeft hij [slachtoffer 2] mishandeld als de verdiensten tegenvielen.
Verdachte heeft aldus uit financieel gewin gedurende een lange periode inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit en seksuele vrijheid van zowel [slachtoffer 1] als [slachtoffer 2]. Dit betreffen ernstige feiten voor welke feiten een langdurige gevangenisstraf geboden is. Een dergelijke straf dient niet alleen te worden opgelegd vanuit het oogpunt van vergelding, maar ook – omdat dergelijke feiten uit financieel gewin worden gepleegd – vanuit oogpunt van generale en speciale preventie.
Het hof ziet wel aanleiding om een lagere straf op te leggen dan de rechtbank heeft gedaan (en door het Openbaar Ministerie is geëist), omdat het minder bewezen acht dan de rechtbank. Anders dan de rechtbank acht het hof namelijk niet bewezen dat [slachtoffer 1] reeds in de periode 1999 tot en met 30 september 2000 in Utrecht in de prostitutie werkte en ook acht het hof niet bewezen dat in de jaren 2007, 2008 en 2009 [slachtoffer 1] door de verdachte werd uitgebuit. Ook acht het hof anders dan de rechtbank onvoldoende vaststaan dat verdachte [slachtoffer 1] drugs heeft verstrekt in het kader van de uitbuiting van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 1] tegen haar wil anaal heeft gepenetreerd. Ook acht het hof anders dan de rechtbank onvoldoende vast staan dat verdachte [slachtoffer 2] tegen haar wil oraal/vaginaal/anaal heeft gepenetreerd en haar keel heeft dicht gedrukt.
Alles afwegende acht het hof een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vijf jaar passend en geboden. Het hof acht het aangewezen om, conform de eis van de advocaat-generaal, de schorsing van de voorlopige hechtenis van verdachte op te heffen.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 217.687,54. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 217.537,54. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 3 en 4 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag.
Het hof beslist als volgt over de onderscheiden schadeposten.
De vordering immateriële schadevergoeding: aan de benadeelde partij is door de onder 3 en 4 bewezen verklaarde feiten rechtstreeks nadeel toegebracht dat niet in materiële schade bestaat. Verdachte heeft dat nadeel toegebracht, zodat dat aan hem is toe te rekenen. Die schade wordt naar maatstaven van billijkheid begroot op € 17.500,-, welk bedrag het hof aan de benadeelde zal toewijzen.
De vordering materiële schadevergoeding: voor wat betreft de post afgedragen inkomsten uit prostitutiewerkzaamheden gaat het hof allereerst uit van drie gewerkte maanden in 2006, drie gewerkte maanden in 2000 en telkens tien gewerkte maanden in de jaren 2001 tot en met 2005. Het hof houdt verder een bedrag van 100 euro per dag aan en gaat uit van vijf werkdagen per week. Daarmee komt het hof uit op een bedrag van 112.000 euro. Dat bedrag zal worden toegewezen. Ook de kostenpost verklaring huisarts van 37,54 euro komt voor vergoeding in aanmerking.
Tenslotte zal het hof de verzochte 150 euro eigen bijdrage voor de kosten rechtsbijstand toekennen.
Voor het overige is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 24.637,54. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 24.537,54. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van haar oorspronkelijke vordering.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het onder 5 bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag.
Het hof beslist als volgt over de onderscheiden schadeposten.
De vordering immateriële schadevergoeding: aan de benadeelde partij is door het onder 5 bewezen verklaarde feit rechtstreeks nadeel toegebracht dat niet in materiële schade bestaat. Verdachte heeft dat nadeel toegebracht, zodat dat aan hem is toe te rekenen. Die schade wordt naar maatstaven van billijkheid begroot op € 12.500,-, welk bedrag het hof aan de benadeelde zal toewijzen.
De vordering materiële schadevergoeding: voor wat betreft de post afgedragen inkomsten uit prostitutiewerkzaamheden gaat het hof allereerst uit van vijf gewerkte maanden. Het hof houdt verder een bedrag van 100 euro per dag aan en gaat uit van vijf werkdagen per week. Daarmee komt het hof uit op een bedrag van 10.000 euro. Dat bedrag zal worden toegewezen. Ook de kostenpost verklaring huisarts van 37,54 euro komt voor vergoeding in aanmerking.
Tenslotte zal het hof de verzochte 100 euro eigen bijdrage voor de kosten rechtsbijstand toekennen.
Voor het overige is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in haar vordering niet worden ontvangen en kan zij haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 36f, 57, 63, 250a (oud), 273a (oud) en 273f van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
BESLISSING
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het onder 1 ten laste gelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 2 en 6 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 3, 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 3, 4 en 5 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 (vijf) jaren.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 1] ter zake van het onder 3 en 4 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 129.537,54 (honderdnegenentwintigduizend vijfhonderdzevenendertig euro en vierenvijftig cent) bestaande uit € 112.037,54 (honderdtwaalfduizend zevenendertig euro en vierenvijftig cent) materiële schade en € 17.500,00 (zeventienduizend vijfhonderd euro) immateriële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2007 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan immateriële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2007 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op € 150,00 (honderdvijftig euro).
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 1], een bedrag te betalen van € 129.537,54 (honderdnegenentwintigduizend vijfhonderdzevenendertig euro en vierenvijftig cent) bestaande uit € 112.037,54 (honderdtwaalfduizend zevenendertig euro en vierenvijftig cent) materiële schade en € 17.500,00 (zeventienduizend vijfhonderd euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 292 (tweehonderdtweeënnegentig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2007 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de immateriële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2007 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 2] ter zake van het onder 5 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 22.537,54 (tweeëntwintigduizend vijfhonderdzevenendertig euro en vierenvijftig cent) bestaande uit € 10.037,54 (tienduizend zevenendertig euro en vierenvijftig cent) materiële schade en € 12.500,00 (twaalfduizend vijfhonderd euro) immateriële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 november 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan immateriële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 november 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op € 100,00 (honderd euro).
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 2], een bedrag te betalen van € 22.537,54 (tweeëntwintigduizend vijfhonderdzevenendertig euro en vierenvijftig cent) bestaande uit € 10.037,54 (tienduizend zevenendertig euro en vierenvijftig cent) materiële schade en € 12.500,00 (twaalfduizend vijfhonderd euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 73 (drieënzeventig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 november 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de immateriële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 november 2009 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Beveelt de opheffing van de bij beschikking van 26 april 2013 opgelegde schorsing van de voorlopige hechtenis, met ingang van 8 november 2013.
Aldus gewezen door
mr J.D. den Hartog, voorzitter,
mr M.J. Stolwerk en mr R.H. Koning, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr L. Gereke, griffier,
en op 8 november 2013 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Voetnoten
Voetnoten Uitspraak 08‑11‑2013
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (ordner 2, p. 276 e.v.), inhoudende het relaas van verbalisant.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (ordner 2, p. 305 e.v.), inhoudende het relaas van verbalisant.
De verklaring van de getuige [getuige 1], afgelegd ter terechtzitting van de meervoudige kamer voor strafzaken in de rechtbank Utrecht van 7 maart 2011.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (ordner 2, p. 435), inhoudende het relaas van verbalisant.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (ordner 3, p. 762 e.v.), inhoudende het relaas van verbalisant(en).
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor (ordner 1, p. 187 e.v.), inhoudende als verklaring van getuige [getuige 2].
De verklaring van getuige [getuige 2], afgelegd ten overstaan van de rechter-commissaris in de rechtbank Utrecht op 9 oktober 2012.
De verklaring van getuige [getuige 3], afgelegd ten overstaan van de rechter-commissaris in de rechtbank Utrecht op 22 november 2012.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (ordner 2, p. 607 e.v.), inhoudende het relaas van verbalisant(en).
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (ordner 2, p. 436 en 437), inhoudende het relaas van verbalisant(en).
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (ordner 3, p. 671 e.v.), inhoudende het relaas van verbalisant(en).
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte (ordner 2, p. 446 e.v.), inhoudende de verklaring van aangeefster [slachtoffer 1].
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (ordner 2, p. 588 en 589), inhoudende het relaas van verbalisant.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor (ordner 1, p. 154 e.v.), inhoudende de verklaring van getuige [getuige 4].
De verklaring van getuige [getuige 4], afgelegd ten overstaan van de rechter-commissaris in de rechtbank Utrecht op 8 december 2010.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (ordner 1, p. 167 e.v.), inhoudende het relaas van verbalisant(en).
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen (ordner 1, p. 180 en 181), inhoudende het relaas van verbalisant(en).
De verklaring van getuige [getuige 6], afgelegd ten overstaan van de rechter-commissaris in de rechtbank Utrecht op 23 november 2010.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor (ordner 1, p. 125 e.v.), inhoudende de verklaring van getuige [getuige 7].
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor (ordner 1, p. 150 en 151), inhoudende de verklaring van getuige [getuige 8].
Het als bijlage bij het op 1 maart 2011 door [ambtenaar], brigadier-rechercheur van politie, in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen Relaas aanvullend dossier 4 Anaconda 1-3-2011 gevoegde in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (p. 1365 e.v.), inhoudende het relaas van verbalisant.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (ordner 3, p. 744 e.v.), inhoudende het relaas van verbalisant(en).
De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van de meervoudige kamer voor strafzaken in de rechtbank Utrecht van 7 maart 2011.
De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van dit hof van 7 oktober 2013.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (ordner 3, p. 633), inhoudende het relaas van verbalisant.