RvdW 2013/205
Ten onrechte verstek verleend: achteraf gebleken dat verdachte was gedetineerd.
HR 22-01-2013, ECLI:NL:HR:2013:BY8984
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 januari 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. Van Dorst, J. De Hullu, N. Jörg
- Zaaknummer
11/01998
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- LJN
BY8984
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2013:BY8984, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑01‑2013
ECLI:NL:HR:2013:BY8984, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑01‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑09‑2011
- Wetingang
Essentie
De beslissing tegen de verdachte verstek te verlenen, moet achteraf voor onjuist worden gehouden indien alsnog komt vast te staan dat de verdachte ten tijde van de berechting uit anderen hoofde was gedetineerd. Daaraan doet niet af dat de dagvaarding in persoon is betekend. HR wijst zaak terug.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 28 maart 2011, nummer 22/003429-10, in de strafzaak tegen: F. Adv. mr. M.R. Mantz, te ’s-Gravenhage.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
Middel 1
Verzuim van vormen, waarvan niet-naleving nietigheid medebrengt en/of ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.