Einde inhoudsopgave
Besluit modellen jaarrekening
Model A
Geldend
Geldend vanaf 01-11-2015
- Redactionele toelichting
Deze wijziging is van toepassing op jaarrekeningen en bestuursverslagen die betrekking hebben op een boekjaar dat aanvangt op of na 01-01-2016. De voorschriften van deze wijziging kunnen worden toegepast op jaarrekeningen en bestuursverslagen die worden opgesteld over boekjaren die zijn aangevangen voor 01-01-2016 indien ook de voorschriften van de Uitvoeringswet richtlijn jaarrekening vanaf dat eerdere boekjaar worden toegepast.
- Bronpublicatie:
13-10-2015, Stb. 2015, 350 (uitgifte: 19-10-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-11-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-10-2015, Stb. 2015, 351 (uitgifte: 19-10-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Jaarrekeningenrecht
Balans per
A. Vaste activa
- I.
Immateriële vaste activa
- 1.
kosten van oprichting en van uitgifte van aandelen
- 2.
kosten van ontwikkeling
- 3.
concessies, vergunningen en intellectuele eigendom
- 4.
goodwill
- 5.
vooruitbetaald op immateriële vaste activa
- II.
Materiële vaste activa
- 1.
bedrijfsgebouwen en -terreinen
- 2.
machines en installaties
- 3.
andere vaste bedrijfsmiddelen
- 4.
vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering en vooruitbetaald op materiële vaste activa
- 5.
niet aan de bedrijfsuitoefening dienstbaar
- III.
Financiële vaste activa
- 1.
deelnemingen in groepsmaatschappijen
- 2.
vorderingen op groepsmaatschappijen
- 3.
andere deelnemingen
- 4.
vorderingen op participanten en op maatschappijen waarin wordt deelgenomen
- 5.
overige effecten
- 6.
overige vorderingen
- IV.
Som der vaste activa
B. Vlottende activa
- I.
Voorraden
- 1.
grond- en hulpstoffen
- 2.
onderhanden werk
- 3.
gereed produkt en handelsgoederen
- 4.
vooruitbetaald op voorraden
- II.
Vorderingen
- 1.
op handelsdebiteuren
- 2.
op groepsmaatschappijen
- 3.
op participanten en op maatschappijen waarin wordt deelgenomen
- 4.
overige vorderingen
- 5.
van aandeelhouders opgevraagde stortingen
- 6.
overlopende activa
- III.
Effecten
- 1.
vervallen
- 2.
vervallen
- IV.
Liquide middelen
- V.
Som der vlottende activa
C. Kortlopende schulden (ten hoogste 1 jaar)
- 1.
converteerbare leningen
- 2.
andere obligaties en onderhandse leningen
- 3.
schulden aan banken
- 4.
vooruit ontvangen op bestellingen
- 5.
schulden aan leveranciers en handelskredieten
- 6.
te betalen wissels en chèques
- 7.
schulden aan groepsmaatschappijen
- 8.
schulden aan participanten en aan maatschappijen waarin wordt deelgenomen
- 9.
belastingen en premies sociale verzekeringen
- 10.
schulden ter zake van pensioenen
- 11.
overige schulden
- 12.
overlopende passiva
D. Uitkomst van vlottende activa min kortlopende schulden
E. Uitkomst van activa min kortlopende schulden
F. Langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar)
- 1.
converteerbare leningen
- 2.
andere obligatieleningen en onderhandse leningen
- 3.
schulden aan banken
- 4.
vooruit ontvangen op bestellingen
- 5.
schulden aan leveranciers en handelskredieten
- 6.
te betalen wissels en chèques
- 7.
schulden aan groepsmaatschappijen
- 8.
schulden aan participanten en aan maatschappijen waarin wordt deelgenomen
- 9.
belastingen en premies sociale verzekeringen
- 10.
schulden ter zaken van pensioenen
- 11.
overige schulden
- 12.
overlopende passiva
G. Voorzieningen
- 1.
voor pensioenen
- 2.
voor belastingen
- 3.
overige
H. Eigen vermogen
- I.
Gestort en opgevraagd kapitaal
- II.
Agio
- III.
Herwaarderingsreserve
- IV.
Wettelijke en statutaire reserves
- 1.
wettelijke
- 2.
statutaire
- V.
Overige reserves
- VI.
Onverdeelde winst