RvdW 2016/531
Opleggen stadionverbod en geldboete door KNVB; geen criminal charge als bedoeld in art. 6 EVRM.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 april 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma, E.S.G.N.A.I. van de Griend
- Zaaknummer
15/00429
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:615, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑04‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:207, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑02‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑08‑2015
- Wetingang
Essentie
Het opleggen van een stadionverbod door de KNVB en/of het verbeuren van een geldboete aan de KNVB steunen op de standaard verkoopvoorwaarden en zijn slechts mogelijk ten aanzien van de koper van een toegangsbewijs en ter zake van het in het kader van een voetbalwedstrijd niet-naleven van die voorwaarden, ook al kan de verdenking van het begaan zijn van een strafbaar feit daarvoor de aanleiding vormen. Een persoon aan wie een stadionverbod is opgelegd wordt slechts beperkt in zijn bewegingsvrijheid gehinderd en aan het verbeuren van een geldboete is geen vervangende hechtenis verbonden. Gelet hierop kan de toepassing van ...