NJ 2016/170
Cassatie in belang der wet. Kortingsregeling nabestaandenpensioen waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen mannen en vrouwen discriminerend in zin art. 1 lid 1 Wet Gelijke behandeling (WGB)?; beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit; bewijslast objectieve rechtvaardigingsgrond; art. 6a WGB.
HR 18-12-2015, ECLI:NL:HR:2015:3628, m.nt. M. Heemskerk
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 december 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, G. Snijders, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
15/04170
- Conclusie
A-G mr. J.B.M.M. Wuisman
- Noot
M. Heemskerk
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS154015:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Arbeidsrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Grondrechten
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3628, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑12‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1970, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑09‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑09‑2015
- Wetingang
Essentie
Cassatie in belang der wet. Kortingsregeling nabestaandenpensioen waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen mannen en vrouwen discriminerend in zin art. 1 lid 1 Wet Gelijke behandeling (WGB)?; beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit; bewijslast objectieve rechtvaardigingsgrond; art. 6a WGB.
Ingevolge art. 1 lid 1, aanhef en onder c, WGB is sprake van indirect onderscheid tussen mannen en vrouwen, indien een ogenschijnlijk neutrale bepaling, maatstaf of handelwijze, personen van een bepaald geslacht in vergelijking met andere personen bijzonder treft. Indirect onderscheid is ingevolge art. 6 WGB niet verboden als dat onderscheid objectief gerechtvaardigd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.