BNB 2019/52
Naheffing parkeerbelasting bij parkeertijd van minder dan een uur
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 januari 2019
- Magistraten
Mrs. De Groot, Wortel, Beukers-van Dooren
- Zaaknummer
18/03317
- Conclusie
A-G IJzerman
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Belastingen van lagere overheden / Gemeentelijke belastingen
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑01‑2019
ECLI:NL:HR:2019:56, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑01‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1302, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 19‑11‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑11‑2018
- Wetingang
Art. 234 lid 3 Gemeentewet; Verordening parkeerbelastingen 2017 gemeente Hilversum
Essentie
Naheffing parkeerbelasting bij parkeertijd van minder dan een uur
Samenvatting
Belanghebbende heeft bij een parkeerautomaat € 1 parkeerbelasting betaald; het bewijs van die betaling vermeldt 13.58 uur als begintijd en 14.21 uur als eindtijd. Bij controle bleek de auto die dag om 14.24 uur (nog) op die plek geparkeerd te staan. Aan belanghebbende is een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd uitgaande van het parkeertarief van een uur. Het Hof heeft uit de wetsgeschiedenis afgeleid dat een naheffingsaanslag parkeerbelasting naar evenredigheid moet worden verlaagd indien duidelijk is dat de periode waarover de parkeerbelasting verschuldigd is minder dan een uur beloopt.
HR: De ...