V-N 2020/16.6
Opa mag door dochter terugbetaalde kinderopvangtoeslag niet in aftrek brengen
HR 27-03-2020, ECLI:NL:HR:2020:513, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 maart 2020
- Magistraten
Koopman, Punt, Van Loon, Van Kalmthout, Faase
- Zaaknummer
18/05180
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS194367:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Resultaat uit overige werkzaamheden
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:513, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑03‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:664, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 20‑06‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑06‑2019
- Wetingang
art. 3.90 Wet IB 2001
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat aftrek van het bedrag van € 20.894 niet mogelijk is, omdat de oorzaak van de betaling in de familieverhoudingen ligt. X zou namelijk niet met een willekeurige derde overeenkomen om een eventuele terugbetaling van het voorschot voor zijn rekening te nemen.
Samenvatting
X vangt sinds 2003 zijn kleinkinderen A en B op. In 2009 wijst X zijn dochter D op de kinderopvangtoeslag. Vervolgens sluit D, als vraagouder, een overeenkomst met gastouderbureau Q. Tevens sluiten D, als vraagouder, en X, als gastouder, een overeenkomst. Q betaalt X voor zijn werkzaamheden als gastouder. D vraagt vervolgens ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.