NJB 2015/607
Salduz-recht om een raadsman te raadplegen: mede gelet op art. 125 lid 1 Sv en art. 99 lid 2 Sv is een situatie waarin een verdachte tijdens een doorzoeking niet is aangehouden maar waarin jegens hem door de rechter-commissaris wel ‘ordemaatregelen’ zijn getroffen, niet vergelijkbaar met een aanhouding en is ingeval verdachte dan wordt bevraagd omtrent een aangetroffen vuurwapen het Salduz-recht niet van toepassing
HR 10-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:543
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 maart 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
13/05936
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:543, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2763, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑12‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑03‑2014
- Wetingang
Essentie
Salduz-recht om een raadsman te raadplegen: mede gelet op art. 125 lid 1 Sv en art. 99 lid 2 Sv is een situatie waarin een verdachte tijdens een doorzoeking niet is aangehouden maar waarin jegens hem door de rechter-commissaris wel ‘ordemaatregelen’ zijn getroffen, niet vergelijkbaar met een aanhouding en is ingeval verdachte dan wordt bevraagd omtrent een aangetroffen vuurwapen het Salduz-recht niet van toepassing
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld wegens – kort gezegd – het voorhanden hebben van een vuurwapen van de categorie III alsmede munitie van de categorie III, strafbaar gesteld in art. 26 lid 1 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.