JOW 2018/6
Procesrecht, redelijke termijn, ontvankelijkheid, onbevoegdverklaring, vertraging
Hof Amsterdam 20-02-2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:559
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
20 februari 2018
- Magistraten
Nuis, Paridaens, Römer
- Zaaknummer
23-000451-13
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2018:559, Uitspraak, Hof Amsterdam, 20‑02‑2018
ECLI:NL:GHAMS:2015:1726, Uitspraak, Hof Amsterdam, 13‑03‑2015
- Wetingang
Essentie
Overschrijding redelijke termijn; vertraging naar aanleiding van onbevoegdverklaring rechtbank
Samenvatting
De verdediging heeft bepleit dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk is in zijn ontnemingsvordering vanwege een overschrijding van de termijn, genoemd in artikel 511b, eerste lid, Sv.
In deze zaak heeft de officier van justitie op 6 december 2010 een ontnemingsvordering ingediend, derhalve ruim binnen de twee jaren na het wijzen van het vonnis in de hoofdzaak. De inleidende ontnemingsvordering is, gelet op de termijn neergelegd in artikel 511b, eerste lid, Sv, derhalve tijdig aanhangig gemaakt. Vervolgens heeft de meervoudige strafkamer van rechtbank zich onbevoegd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.