RFR 2023/56
Samenwoning zonder huwelijk, geregistreerd partnerschap of samenlevingscontract. Gerechtigdheid tot spaarsaldo op gemeenschappelijke bankrekening. Motiveringsklachten.
HR 03-02-2023, ECLI:NL:HR:2023:142
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 februari 2023
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, T.H. Tanja-van den Broek, A.E.B. ter Heide
- Zaaknummer
21/04906
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS698462:1
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Schenk- en erfbelasting / Algemeen
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:142, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑02‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:949, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑10‑2022
- Wetingang
Art. 3:166, 6:16 BW
Essentie
Samenwoning zonder huwelijk, geregistreerd partnerschap of samenlevingscontract. Gerechtigdheid tot spaarsaldo op gemeenschappelijke bankrekening.
Had het hof bij de verdeling van het spaarsaldo rekening moeten houden met het feit dat de man geen aanspraken op (aanvullend) pensioen of op een WW- of ziektewetuitkering had opgebouwd?
Samenvatting
De man en de vrouw hebben van 1997 tot 2018 ongehuwd met elkaar samengewoond. Uit hun relatie zijn twee kinderen geboren. Ten tijde van de verbreking van de relatie hadden partijen een spaarrekening die op beider naam was gesteld, waarop een saldo van € 625.000 stond. De vrouw heeft kort na de verbreking ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.