NJB 2015/2181:Dwaling. Mededelingsplicht. Een onderhuurder doet een beroep op dwaling op de grond dat het gehuurde bedrijfspand een afwijkende bestemming heeft. Het hof honoreert dit beroep, overwegende dat de hoofdhuurder op de hoogte had behoren te zijn van de afwijkende bestemming en dat zij de onderhuurder daarover had behoren in te lichten. HR: Van een ‘behoren in te lichten’ zal in het algemeen slechts sprake zijn als de wederpartij van de dwalende zelf van de juiste stand van zaken op de hoogte was. Een dergelijke verplichting mag ook aangenomen worden indien die wederpartij, bijvoorbeeld vanwege haar deskundigheid, geacht moet worden van de juiste stand van zaken op de hoogte te zijn. In zijn algemeenheid mag een huurder van bedrijfsruimte niet ervan uitgaan dat de professionele verhuurder bij de gemeente is nagegaan of eventuele verbouwingsplannen mogelijk problemen in verband met het bestemmingsplan opleveren