NJ 2018/412
Rechtspersonenrecht. Procesrecht. Ontvankelijkheid; verzoek ontslag bestuur stichting (art. 2:298 lid 1 BW), benoeming nieuw bestuur (art. 2:299 BW), ontbinding (art. 2:21 BW); begrip ‘belanghebbende’; maatstaf.
HR 12-10-2018, ECLI:NL:HR:2018:1900
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
12 oktober 2018
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
17/03536
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS111004:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1900, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑10‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:696, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑06‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑09‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑07‑2017
- Wetingang
Art. 2:298, 2:299, 2:21 BW
Essentie
Rechtspersonenrecht. Procesrecht. Ontvankelijkheid; verzoek ontslag bestuur stichting (art. 2:298 lid 1 BW), benoeming nieuw bestuur (art. 2:299 BW), ontbinding (art. 2:21 BW); begrip ‘belanghebbende’; maatstaf.
In art. 2:298 lid 1 BW, art. 2:299 BW en art. 2:21 lid 4 BW is niet in het algemeen vermeld wie tot de belanghebbenden in de zin van deze bepalingen zijn te rekenen. Dit moet uit de aard van de procedure en de daarmee verband houdende wetsbepalingen worden afgeleid. Bij de beantwoording van de vraag of iemand belanghebbende is, zal ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.