RvdW 2010/1334
Onrechtmatige daad moeder en zuster erflaatster jegens minderjarige zoon erflaatster door buitenlandse tegoeden van de erflaatster voor de zoon verborgen te houden zodat hij de erfenis verwerpt in de veronderstelling dat deze een negatief saldo vertoont en zij de erfenis zuiver kunnen aanvaarden? Schadevergoeding. Cassatieberoep verworpen met toepassing van art. 81 RO.
HR 05-11-2010, ECLI:NL:HR:2010:BN6254
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 november 2010
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
09/03728
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BN6254
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BN6254, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑11‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BN6254, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑09‑2010
Essentie
Onrechtmatige daad moeder en zuster erflaatster jegens minderjarige zoon erflaatster door buitenlandse tegoeden van de erflaatster voor de zoon verborgen te houden zodat hij de erfenis verwerpt in de veronderstelling dat deze een negatief saldo vertoont en zij de erfenis zuiver kunnen aanvaarden? Schadevergoeding. Cassatieberoep verworpen met toepassing van art. 81 RO.
Partij(en)
- 1.
[De zuster],
- 2.
[De moeder], beiden te [woonplaats], eiseressen tot cassatie, adv.: mr. M.L. Kleyn,
tegen
[De zoon], te [woonplaats], verweerder in cassatie, niet verschenen.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.