RvdW 2016/1086
Vervolgingsuitlevering aan Zwitserland.
HR 11-10-2016, ECLI:NL:HR:2016:2295
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 oktober 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
16/00620
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Internationaal strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2295, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑10‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:977, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑09‑2016
ECLI:NL:HR:2016:1402, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑07‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:592, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑06‑2016
Essentie
Vervolgingsuitlevering aan Zwitserland.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam van 8 december 2015, nummer 13/751664-15, op een verzoek van de Zwitserse Bondsstaat tot uitlevering van: [de opgeëiste persoon]. Adv.: mr. S.J. van der Woude, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1.
Nadat ik in de onderhavige zaak op 14 juni 2016 had geconcludeerd tot verwerping van het beroep, heeft de Hoge Raad mij, in zijn arrest van 5 juli 2016,1. in de gelegenheid gesteld het dossier ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.