NJB 2010, 2107
HR, 02-11-2010, nr. 09/00354
HR 02-11-2010, ECLI:NL:HR:2010:BO2558
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 november 2010
- Magistraten
Mrs. Van Dorst, Ilsink en De Hullu
- Zaaknummer
09/00354
- Conclusie
A‑G Aben
- LJN
BO2558
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BO2558, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑11‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BO2558, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑08‑2010
- Wetingang
Essentie
Aanvang van de proeftijd bij voorwaardelijke veroordeling
Uitspraak
De verdachte werd in hoger beroep wegens twee overtredingen van de Wegenverkeerswet 1994 en een overtreding van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen veroordeeld tot respectievelijk een geldboete van € 400, hechtenis voor de duur van een week en een geldboete van € 360. Bovendien heeft het hof een vordering strekkende tot tenuitvoerlegging van een eerder door de politie in de rechtbank voorwaardelijk opgelegde ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen voor de duur van zes maanden, toegewezen.
Het eerste middel bevat de klacht dat het hof bij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.