Gst. 2010, 109
109. Hoge Raad 26-10-10. Schending geheimhoudingsplicht, geheimhouding op grond van ambt of wettelijk voorschrift, vertrouwelijk of geheim; cassatie. m.nt. S.A.J. Munneke
HR 26-10-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM2422, m.nt. S.A.J. Munneke
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 oktober 2010
- Magistraten
F.H. Koster, J.W. Ilsink en W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
08/01679
- Noot
S.A.J. Munneke
- LJN
BM2422
- JCDI
JCDI:ADS883430:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM2422, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑10‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM2422, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑04‑2010
- Wetingang
Sr art. 272; WRO art. 81; gemeentewet [1851] art. 25
Essentie
Schending geheimhoudingsplicht, geheimhouding op grond van ambt of wettelijk voorschrift, vertrouwelijk of geheim; cassatie
Samenvatting
De Hoge Raad is van oordeel dat de cassatiemiddelen niet tot cassatie kunnen leiden en ook niet nopen tot het beantwoorden van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Het oordeel dat Hof 's‑Hertogenbosch in deze zaak had gegeven, krijgt daarmee de zegen van de Hoge Raad. De door het hof uitgesproken veroordeling wegens schending van een geheimhoudingsplicht (art. 272 Sr) blijft in stand. Dat de Hoge Raad meer dan twee jaar na het instellen van het cassatieberoep pas ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.