HR, 05-10-2010, nr. 09/00515 B

Documentgegevens:

HR 05-10-2010, ECLI:NL:HR:2010:BN2300

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 5 oktober 2010
Magistraten: Mrs. Van Dorst, De Hullu en Splinter-van Kan
Zaaknummer: 09/00515 B
Conclusie: A‑G Vellinga
LJN: BN2300
Vakgebied(en): Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2010:BN2300, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑10‑2010
Wetingang: Sv art. 94; Sv art. 94a; Sv art. 552a

Essentie

Als de klacht afkomstig is van een derde-niet-beslagene, behoort het niet tot de taak van de rechter de (on)rechtmatigheid van het beslag te beoordelen

Uitspraak

De rechtbank had het klaagschrift strekkende tot teruggave aan de klager van het onder een ander dan de klager (al dan niet conservatoir) in beslaggenomen geldbedrag van € 340 000 ongegrond verklaard.

Het middel bevat de klacht dat de rechtbank op onrechtmatige wijze is gekomen tot ongegrondverklaring van het beklag.

De Hoge Raad overweegt naar aanleiding van het middel:

‘2.3 De Hoge Raad verstaat deze overwegingen (van de rechtbank, L) aldus:

(i): dat de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.