NJB 2010, 1416
HR, 22-06-2010, nr. 07/10489
HR 22-06-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM3628
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 juni 2010
- Magistraten
Mrs.
- Zaaknummer
07/10489
- Conclusie
A-G
- LJN
BM3628
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM3628, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑06‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM3628, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑04‑2010
- Wetingang
Sv art. 408
Essentie
bekendheid van de raadsman van de verdachte vooraf van de datum van de zitting, is nog niet bekendheid van de verdachte
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
De verdachte werd in hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard tegen het vonnis van de kantonrechter waarbij de verdachte wegens overtreding van art. 107 lid 1 WVW 1994 werd veroordeeld tot hechtenis voor de tijd van twee weken.
Het hof motiveerde zijn beslissing als volgt:
In het dossier bevindt zich een brief van raadsman J.G.M. Dassen d.d. 15 juni 2006, waaruit blijkt dat de verdachte zich tot hem had gewend met het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.