NJB 2010, 186
HR, 05-01-2010, nr. 08/00570
HR 05-01-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK3501
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 januari 2010
- Magistraten
Mrs. Van Dorst, De Hullu en Splinter-van Kan
- Zaaknummer
08/00570
- Conclusie
A‑G Vellinga
- LJN
BK3501
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK3501, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑01‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK3501, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑11‑2009
- Wetingang
Essentie
De verdachte werd in hoger beroep veroordeeld tot een werkstraf van dertig uren wegens
(1)
(1) mishandeling en
(2)
(2) eenvoudige belediging.
Het middel bevat twee klachten. De eerste klacht betreffende feit (1) is gegrond. Het hof heeft in strijd met het bepaalde in art. 359 lid 3 Sv volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen, hoewel de raadsman van de verdachte vrijspraak had bepleit.
De tweede klacht van het middel houdt in dat het hof ten onrechte het beroep op niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie heeft verworpen, omdat door de beledigde geen klacht is ingediend. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.