NJB 2009, 288
HR, 13-01-2009, nr. 07/11562 P
HR 13-01-2009, ECLI:NL:PHR:2009:BG4944
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 januari 2009
- Magistraten
Mrs. Koster, Thomassen en Groos
- Zaaknummer
07/11562 P
- Conclusie
A-G Bleichrodt
- LJN
BG4944
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BG4944, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑01‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BG4944, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑01‑2009
- Wetingang
Essentie
Draagkracht in ontnemingsprocedure en in de executiefase
Uitspraak
Ontnemingszaak (€ 45 700)
Het vierde middel bevat de klacht dat het hof heeft verzuimd te beslissen op een ter terechtzitting gevoerd draagkrachtverweer.
De Hoge Raad stelt voorop dat in beginsel de draagkracht aan de orde moet worden gesteld in de executiefase en dat in het ontnemingsgeding zelf de draagkracht alleen aan de orde kan worden gesteld ‘indien aanstonds duidelijk is dat de betrokkene op dat moment en in de toekomst geen draagkracht heeft of zal hebben (vgl. HR 27 maart 2007, LJN AZ7747, NJ 2007, 195)’. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.