JOL 2008, 794
HR, 04-11-2008, nr. S 07/12813
HR 04-11-2008, ECLI:NL:HR:2008:BF0281
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
4 november 2008
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, A.J.A. van Dorst, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
S 07/12813
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
BF0281
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BF0281, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 04‑11‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BF0281, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑09‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑01‑2008
Essentie
Geen verweer waarop ex art. 359a Sv moet worden gerespondeerd.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's‑Gravenhage van 26 september 2006, nummer 22/000538-06, in de strafzaak tegen [verdachte]. Adv. mr. G.P. Hamer en mr. B.P. de Boer, beiden te Amsterdam.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben mr. G.P. Hamer en mr. B.P. de Boer, beiden advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.