Einde inhoudsopgave
RvdW 2008, 948
HR, 07-10-2008, nr. 00968/07
HR 07-10-2008, ECLI:NL:HR:2008:BD4863
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 oktober 2008
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
00968/07
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BD4863
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BD4863, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑10‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BD4863, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑10‑2008
Essentie
Uit bewijsmiddelen kan niet volgen dat verdachte wist dat ingevoerde dozen hennep bevatten.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's‑Gravenhage van 26 juni 2006, nummer 22/003305-05, in de strafzaak tegen [verdachte]. Adv. mr. R.W. Koevoets, te Rotterdam
Uitspraak
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Rechtbank te Rotterdam van 13 mei 2005 — de verdachte ter zake van ‘medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3, eerste lid, onder A, van de Opiumwet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.