NJB 2008, 1579
HR, 01-07-2008, nr. 00856/07
HR 01-07-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC8654
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 juli 2008
- Magistraten
Mrs. Corstens, De Savornin Lohman en Splinter-van Kan
- Zaaknummer
00856/07
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BC8654
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht (V)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC8654, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑07‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC8654, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑07‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑06‑2007
- Wetingang
Opiumwet art. 3 onder B; Opiumwet art. 11 lid 3
Essentie
De verdachte werd in hoger beroep veroordeeld tot twee maanden gevangenisstraf voorwaardelijk en een werkstraf van tachtig uren wegens (1) medeplegen van het in de uitoefening van een beroep of bedrijf opzettelijk handelen in strijd met een in art. 3 lid 1 onder B van de Opiumwet gegeven verbod en (2) opzetheling. Het middel richt zich onder meer tegen de bewezenverklaring van feit (1) voor zover inhoudende dat de verdachte heeft gehandeld in de uitoefening van een beroep of bedrijf als bedoeld in art. 11 lid 3 Opiumwet.
De verdachte verhandelde samen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.