JOL 2008, 366
HR, 29-04-2008, nr. 00642/07
HR 29-04-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BC3766
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
29 april 2008
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, A.J.A. van Dorst, J.W. Ilsink, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
00642/07
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
BC3766
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
Internationaal strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC3766, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑04‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC3766, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑04‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑06‑2007
Essentie
Wanneer moet blijken van onderzoek naar ontvankelijkheid? Hoge Raad eist niet meer dat onderzoek naar dubbele strafbaarheid altijd uit vonnis blijkt bij buiten Nederland gepleegde feiten.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's‑Hertogenbosch van 2 mei 2006, nummer 20/007644-05, in de strafzaak tegen: [verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1966, te [woonplaats].
Uitspraak
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Rechtbank te Breda, van 13 oktober 2004 — de verdachte vrijgesproken van het hem bij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.