RvdW 2008, 403
HR, 25-03-2008, nr. 07/11020
HR 25-03-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BC6007
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
25 maart 2008
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, W.A.M. van Schendel, J. de Hullu
- Zaaknummer
07/11020
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BC6007
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC6007, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 25‑03‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC6007, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑03‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑11‑2007
- Wetingang
Essentie
De maatstaf voor de beoordeling van een ter terechtzitting gedaan verzoek tot het horen van getuigen is of de noodzaak daarvan is gebleken. Die maatstaf geldt eveneens wanneer na toewijzing van een dergelijk verzoek ter terechtzitting en verwijzing naar de rechter-commissaris, na vergeefse oproeping voor een verhoor bij de rechter-commissaris, op een volgende terechtzitting opnieuw wordt verzocht de betreffende getuige te horen.
Het hof heeft geoordeeld dat van oproeping van de getuige kan worden afgezien nu redelijkerwijs valt aan te nemen dat de verdachte daardoor niet in zijn verdediging wordt geschaad. Daarin ligt als 's hofs oordeel besloten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.