NJ 2008, 86
HR, 11-01-2008, nr. 03628/06 A
HR 11-01-2008, ECLI:NL:HR:2008:BB4130
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 januari 2008
- Magistraten
Mrs.G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, J.W. Ilsink, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
03628/06 A
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BB4130
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BB4130, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑01‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BB4130, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑01‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑03‑2007
- Wetingang
Sv art. 491 lid 2; SvNA art. 302, 489 lid 1, 488, 497 lid 1; IVRK art. 1 en 40
Essentie
Antilliaanse jeugdzaak. 1. Ouders van de minderjarige verdachte waren niet ter terechtzitting aanwezig. De omstandigheid dat zij niet, zoals is voorgeschreven in art. 489, eerste lid, SvNA jo art. 302 SvNA, waren opgeroepen tot bijwoning van de zitting leidt tot nietigheid van het onderzoek, ook al is dit niet uitdrukkelijk in de wet bepaald. Dat hen wel een afschrift van de dagvaarding van verdachte was toegezonden doet daaraan niet af. 2. Op de Antillen worden strafzaken tegen minderjarigen vanaf het moment dat ze zestien jaren oud zijn in het openbaar behandeld. Het middel steunt op de opvatting dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.