NJB 2007, 1318
HR, 22-05-2007, nr. 00468/06
HR 22-05-2007, ECLI:NL:HR:2007:BA0862
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 mei 2007
- Magistraten
Mrs. Koster, Van Dorst, Splinter-van Kan
- Zaaknummer
00468/06
- Conclusie
P-G Fokkens
- LJN
BA0862
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BA0862, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑05‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BA0862, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑05‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑05‑2006
- Wetingang
Sr art. 246
Essentie
Het middel stelt de vraag aan de orde of er sprake is van ‘een andere feitelijkheid’ in de zin van art. 246 Sr waardoor het slachtoffer — een vrouw van 77 jaar — werd gedwongen tot het dulden van ontuchtige handelingen.
De Hoge Raad zet uiteen waarom hiervan in dit geval inderdaad sprake is.
Uitspraak
HOGE RAAD, ONDER MEER:
3.1
Het middel bevat de klacht dat het Hof ten onrechte heeft geoordeeld dat de onder 3 bewezenverklaarde gedragingen ‘andere feitelijkheden’ in de zin van art. 246 Sr opleveren, althans dat de bewezenverklaring ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.