NJB 2007, 848
HR, 20-03-2007, nr. 03541/05
HR 20-03-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ4756
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 maart 2007
- Magistraten
Mrs. Koster, De Hullu en Splinter-van Kan
- Zaaknummer
03541/05
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AZ4756
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AZ4756, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑03‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AZ4756, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑03‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑05‑2006
- Wetingang
Essentie
De verdachte werd in hoger beroep wegens verduistering van een boottrailer veroordeeld tot vier weken gevangenisstraf voorwaardelijk en een taakstraf in de vorm van een werkstraf voor de duur van 80 uren.
Ter zitting in hoger beroep verzocht de verdediging om getuigen te doen horen. Het daarbij te hanteren criterium is of al dan niet van de noodzaak tot het doen horen, is gebleken. Het hof heeft niet aangegeven welke maatstaf het heeft gehanteerd en de afwijzing van het verzoek is ontoereikend gemotiveerd.
Uitspraak
HOGE RAAD, ONDER MEER:
3.1
Het middel klaagt over het niet horen van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.