NJB 2007, 844
HR, 20-03-2007, nr. 02050/05
HR 20-03-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ3867
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 maart 2007
- Magistraten
Mrs. Corstens, Van Schendel, De Hullu, Thomassen en Splinter-van Kan
- Zaaknummer
02050/05
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
AZ3867
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AZ3867, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑03‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AZ3867, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑03‑2007
- Wetingang
Essentie
Wegens zware mishandeling werd de verdachte in hoger beroep veroordeeld tot een taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 180 uren.
Het middel bevat de klacht dat het hof de verklaring van de getuige C. heeft gedenatureerd door voor het bewijs wel gebruik te maken van diens verklaring dat hij zag dat een jongen een glas in zijn hand had en de andere jongen daarmee geraakt heeft, maar niet diens latere verklaring: ‘Ik heb eigenlijk niet gezien dat de andere jongen door het glas is geraakt.’
Anders dan de A‑G, die wel denaturering aannam(maar op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.