RvdW 2007, 94
Weergave verdachtes eigen verdediging in pv.
HR 09-01-2007, ECLI:NL:HR:2007:AY9203
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 januari 2007
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
03253/05
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AY9203
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AY9203, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑01‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AY9203, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑01‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑03‑2006
- Wetingang
Sv art. 311 lid 2; Sv art. 326; Sv art. 358 lid 3; Sv art. 359 lid 2
Essentie
De klacht dat het proces-verbaal van de zitting in appel slechts inhoudt dat verdachte het woord tot verdediging heeft gevoerd, maar dat de inhoud van wat verdachte heeft aangevoerd daarin ten onrechte niet staat vermeld, faalt. Verdachtes verklaring staat weergegeven in het proces-verbaal en vervolgens wordt vermeld dat verdachte het woord tot verdediging voert en dat hem het recht wordt gelaten het laatst te spreken. Hiermee is voldaan aan art. 326 jo art. 311 lid 2 Sv (vgl. HR NJ 1984, 312). Het op 1 januari 2005 in werking getreden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.