NJB 2007, 326
HR, 09-01-2007, nr. 03253/05
HR 09-01-2007, ECLI:NL:HR:2007:AY9203
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 januari 2007
- Magistraten
Mrs. Koster, Balkema, De Savornin Lohman, De Hullu en Thomassen
- Zaaknummer
03253/05
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AY9203
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AY9203, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑01‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AY9203, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑01‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑03‑2006
- Wetingang
Essentie
Het middel bevat de klacht dat het proces‑verbaal van de zitting in hoger beroep wel inhoudt dat de verdachte het woord heeft gevoerd ter verdediging maar niet wat hij toen heeft aangevoerd. Het middel faalt omdat volgens vaste jurisprudentie aldus op dit punt is voldaan aan de door de wet in art. 326 en art. 311 Sv gestelde eisen.
Van belang is echter vooral wat de Hoge Raad daaraan in zijn overweging 3.5. in aansluiting op het betoog van de A‑G onder 11 van zijn conclusie, toevoegt. Dit heeft betrekking op de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.