NJB 2007, 223
HR, 19-12-2006, nr. 01707/05
HR 19-12-2006, ECLI:NL:HR:2006:AY6710
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 december 2006
- Magistraten
Mrs. Koster, Van Dorst en De Hullu
- Zaaknummer
01707/05
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
AY6710
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AY6710, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑12‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AY6710, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑12‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑01‑2006
- Wetingang
Uitleveringsverdrag Ned-VS van Amerika art. 9 lid 1 aanhef en onder c
Essentie
Uitlevering aan de Verenigde Staten.
De rechtbank had mede toelaatbaar verklaard de uitlevering van de opgeëiste persoon wegens ‘bewust en opzettelijk samen te zweren en overeen te komen om, direct en indirect, met anderen overtredingen te begaan tegen de Verenigde Staten, namelijk titel 18, Amerikaans Wetboek van Strafrecht, sectie (….) 2314 (reisfraude)’.
Omdat ‘bedoelde wetsbepaling’ niet was overgelegd en in zoverre niet voldaan was aan het vereiste van art. 9 lid 1 aanhef en onder c van het toepasselijke uitleveringsverdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en De Verenigde Staten van Amerika, had de rechtbank ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.