NJB 2007, 172
HR, 19-12-2006, nr. 00002/06
HR 19-12-2006, ECLI:NL:HR:2006:AZ2101
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 december 2006
- Magistraten
Mrs. Koster, Van Dorst en De Hullu
- Zaaknummer
00002/06
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AZ2101
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AZ2101, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑12‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AZ2101, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑12‑2006
- Wetingang
Sv (oud) art. 430
Essentie
De Rotterdamse ‘sneeuwbal-zaak’.
De rechtbank had de verdachte wegens doodslag, gepleegd op een jongen S., die met vriendjes met sneeuwballen gooien bezig was, veroordeeld tot vijftien jaren gevangenisstraf. Het hof sprak de verdachte daarna vrij voor wat betreft de hem ten laste gelegde moord dan wel doodslag.
Van deze vrijspraken kwam de A‑G bij het hof in cassatie, maar hij kreeg geen gunstig gehoor bij de Hoge Raad die uiteenzette dat er in cassatie maar een beperkte mogelijkheid is om met vrucht in beroep te komen tegen een vrijspraak (vroeger was dat altijd uitgesloten)