NJ 2007, 65
Onjuist oordeel hof over niet-vereiste machtiging tot binnentreden bij uitvoering bevel tot uitlevering.
HR 07-11-2006, ECLI:NL:HR:2006:AY6927, m.nt. J.M. Reijntjes
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 november 2006
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, A.J.A. van Dorst, J.W. Ilsink, W.M.E Thomassen
- Zaaknummer
02378/05
- Conclusie
A-G Wortel
- Noot
J.M. Reijntjes
- LJN
AY6927
- JCDI
JCDI:ADS159998:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Politierecht / Bevoegdheden
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Strafprocesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AY6927, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑11‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AY6927, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑11‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑12‑2005
- Wetingang
AWBt art. 2 lid 1; Opiumwet art. 9 lid 3
Essentie
Het oordeel dat i.c. geen machtiging tot binnentreden was vereist nu het betreden van de woning door de hulp-OvJ slechts diende ter verwezenlijking van de uitlevering van voor beslag vatbare tonnen hennep, is onjuist.
Feiten: Na het eerdere aantreffen van 2 tonnen hennep in de woning van verdachte wordt de inspecteur, tevens hulp-OvJ, ingelicht, die later die dag naar de woning gaat en van een vriendin van verdachte — die niet de bewoonster is — uitlevering van de 2 tonnen hennep vordert. De vriendin stelt de hulp-OvJ in de gelegenheid de tonnen uit de berging te halen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.