NJ 2006, 578
Oplegging geldboete van € 100.000 ontoereikend gemotiveerd.
HR 17-10-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AY0190
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 oktober 2006
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, J.W. Ilsink
- Zaaknummer
03200/05
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
AY0190
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AY0190, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑10‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AY0190, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑10‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑01‑2006
- Wetingang
Sr art. 24; Sv art. 359 lid 5
Essentie
De verdachte is wegens de invoer van harddrugs veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaren en een geldboete van € 100.000. In aanmerking genomen dat noch de stukken van het geding noch het verhandelde ter terechtzitting zowel in eerste aanleg als in hoger beroep iets inhouden omtrent de draagkracht van de verdachte, behoeft het nadere verklaring waarom het Hof heeft geoordeeld dat de verdachte in staat moet worden geacht tot betaling van € 100.000. Wat betreft de geldboete is de strafoplegging dus niet naar de eis der wet met redenen omkleed.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.