JOL 2006, 488
Verweer dat de in het uitleveringsverzoek bedoelde gedragingen in Irak niet strafbaar was omdat op grond van het internationaal humanitair recht aan opstandelingen was toegestaan militaire doelen aan te vallen, kan niet slagen
HR 05-09-2006, ECLI:NL:HR:2006:AY3440
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 september 2006
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
00602/06U
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AY3440
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AY3440, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑09‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AY3440, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑09‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑03‑2006
Essentie
Verweer dat de in het uitleveringsverzoek bedoelde gedragingen in Irak niet strafbaar was omdat op grond van het internationaal humanitair recht aan opstandelingen was toegestaan militaire doelen aan te vallen, kan niet slagen
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van de Rechtbank te Rotterdam van 12 december 2005, nummer 10/000304–04, op een verzoek van de autoriteiten van de Verenigde Staten van Amerika tot uitlevering van [de opgeëiste persoon], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1973, ten tijde van de betekening van de aanzegging gedetineerd in Penitentiaire Inrichting 'De Marwei' te Leeuwarden.