RvdW 2006, 553
Bewijsbestemming notulen vergadering Raad van Commissarissen.
HR 30-05-2006, ECLI:NL:HR:2006:AW0130
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 mei 2006
- Magistraten
Mrs. W.J.M. Davids, J.W. Ilsink, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
01477/05 A
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AW0130
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AW0130, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑05‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AW0130, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑05‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑08‑2005
- Wetingang
Essentie
De stelling dat de notulen van een vergadering van de Raad van Commissarissen van een vennootschap eerst een bewijsbestemming toekomt als zij zijn goedgekeurd, is in haar algemeenheid onjuist.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba van 29 maart 2005, nummer H-23/05, in de strafzaak tegen H. Adv. mr. G. Spong te Amsterdam.
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep de verdachte vrijgesproken van het bij inleidende dagvaarding onder 2 primair en 4 tenlastegelegde en hem ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.