NJ 2006, 298
Doorgeven adreswijziging door verdachte. Risico in geval deze Hof niet bereikt. Gevolgen aanwezigheidsrecht.
HR 09-05-2006, ECLI:NL:HR:2006:AV6209
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 mei 2006
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
02325//05
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AV6209
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AV6209, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑05‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AV6209, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑05‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑11‑2005
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 3
Essentie
Aanwezigheidsrecht. Verdachte legt in cassatie een schriftelijke adreswijziging over die zou zijn gezonden aan het Ressortsparket. Deze bevindt zich niet bij de stukken die de HR van het Hof heeft ontvangen. Nu overigens door de verdachte geen stukken zijn overgelegd, waaruit zou kunnen volgen dat de brief wel is ontvangen maar in het ongerede is geraakt, was het Hof niet gehouden het onderzoek ter terechtzitting te schorsen teneinde de verdachte in de gelegenheid te stellen alsnog aanwezig te zijn.
Samenvatting
HR herhaalt dat van degene die hoger beroep instelt en prijs stelt op berechting op tegenspraak mag worden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.